t overwicht van z'n onverbrokkelde individualiteit tegenover de
poespas van kennis en kunde, die door gebrek aan affiniteit nooit 'n
dergelyk geheel kan uitmaken. Een verzameling van mensen bezit als
zoodanig nooit een der eigenschappen die 'n mens kunnen versieren. Ze
heeft geen konsekwenten wil, geen overtuiging, geen bekwaamheid, geen
geweten, geen eergevoel, geen schaamte en geen moed. Elk _individu_,
hoe schitterend middelmatig ook, staat boven 'n _Vergadering_, (IDEE
9 en 336).
Wie na al 't aangevoerde nog verder bewys verlangt van de laagte
waarop onze Volksvertegenwoordiging staat, legge zich de vragen voor:
_Welk werkstuk heeft ooit onze Kamer voortgebracht? Welk belangryk
denkbeeld is uit haar voortgekomen? Welke blyken gaf zy dat ze besef
had van haar verplichtingen? Op welk gebied leverde zy voorbeelden ter
navolging? In welk opzicht was zy uitstekend? Wat heeft het Vaderland
aan z'n vertegenwoordiging te danken_?
Uit overvloed van individueele specialiteiten in allerlei vakken, werd
zy altyd verhinderd kollektief te zyn wat ze uit den aard der zaak
wezen moest: _algemeene_ SPECIALITEIT _ter behartiging van de belangen
des_ VOLKS.
Ziedaar alzoo wat de in willekeurige brokstukken verdeelde opinie der
menigte oplevert! _Vox populi Vox Dei_, zegt men, zonder te bedenken
dat men daarmee z'n God 'n vreemd kompliment maakt. Een zonderlinge
eer voorwaar--en voor 'n God nogal!--homogeen te worden verklaard met
kannibalen, roovers, heksenbranders, stommerikken, aanhangers van
oudwyvenpraatjes, geloovers, verstandmoorders, enz. enz. Hadden niet
al die specialiteiten van beroerdheid eenmaal--en hebben ze niet nog,
in zekere landen--zoo'n _Vox_ op haar hand? Doch, dit daargelaten, ik
vraag of zy die den wil van hun God vereenzelvigen met den Volkswil,
geen zonde doen door die eensluidende voxen doorteknippen als 'n
poliep? Me dunkt: ge zult den Heere uwen God niet distriktifieeren.
Zeker is 't dat _myn_ godin, de _Rede_, geen genoegen neemt met zulke
kinderachtige en misdadige kunstjes.
MIX.
"Een veger die niet vegen kan, en geen ander vak verstaat dan niet te
kunnen vegen, is 'n _Specialiteit_."
--Myn vak is dat ... dat ... of dat!
Zeer wel! Wat hebt gy die aldus spreekt, tot stand gebracht op het
terrein dat ge 't uwe noemt? Gy geneeskundige, hoeveel gezondheid
bracht ge voort? Gy rechtsman, werd het _Recht_ gebaat door uwen
arbeid? Gy specialiteit van moed, strategie en taktiek, beeft de vya
|