FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151  
152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   >>   >|  
gunstigste omstandigheden? Loopt het vlot niet bijzonder snel? "Gij schijnt ongerust, oom!" zeide ik, toen ik hem den kijker zoo dikwijls aan de oogen zag brengen. "Ongerust? Neen!" "Ongeduldig dan?" "Men zou het ten minste worden!" "Toch loopen wij met eene snelheid...." "Wat baat mij dat? De snelheid is niet te gering, maar de zee is te groot!" Ik herinner mij nu, dat de professor voor ons vertrek de lengte van die onderaardsche zee op omtrent dertig uur gaans schatte. Nu hadden wij reeds een driemaal langeren weg afgelegd, en nog vertoonden zich de zuidelijke oevers niet. "Wij dalen niet!" hervat de professor. "Dat alles is tijd verspillen en bovendien ben ik zoo verre niet gekomen om een pleziertochtje te doen op een vijver!" Hij noemt dien overtocht een pleziertochtje en die zee een vijver! "Maar", zeide ik, "daar wij den weg gevolgd hebben, dien Saknussemm heeft aangewezen...." "Dat is de vraag nog. Hebben wij dien weg gevolgd? Heeft Saknussemm dit water aangetroffen? Is hij het overgestoken? Heeft die beek, welke wij tot gids hebben genomen, ons niet geheel van den rechten weg geholpen?" "In allen gevalle behoeft het ons niet te spijten, dat wij tot hier toe gekomen zijn. Dit schouwspel is prachtig, en...." "Wij komen niet om te zien. Ik heb mij een doel voorgesteld en dat wil ik bereiken. Spreek mij dus niet van bewonderen." Ik houd mij voor gewaarschuwd, en laat den professor begaan, die van ongeduld op zijne lippen bijt. Des avonds te zes uur vordert Hans zijn loon, en zijne drie rijksdaalders worden hem toegeteld. Zondag 16 Augustus.--Niets nieuws. Het zelfde weder. De wind schijnt een weinig te willen aanwakkeren. Bij mijn ontwaken is mijn eerste werk om de lichtsterkte te onderzoeken. Ik vrees altijd, dat het electrische verschijnsel eerst mocht verduisteren en daarna uitgaan. Maar er is niets van aan: de schaduw van het vlot teekent zich zuiver op de oppervlakte der golven af. Die zee is waarlijk eindeloos! Zij moet de breedte der Middellandsche zee, misschien wel van den Atlantischen Oceaan hebben. Waarom niet? Mijn oom peilt bij herhaling; hij maakt een der zwaarste breekijzers vast aan het uiteinde van een touw, dat hij twee honderd vaam viert. Geen grond. Wij hebben veel moeite om ons dieplood weder op te halen. Toen het breekijzer weder boven was gebracht, laat Hans mij op zijn oppervlakte zeer duidelijke indruksels zien. Men zou zeggen, dat dit st
PREV.   NEXT  
|<   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151  
152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   >>   >|  



Top keywords:

hebben

 
professor
 

oppervlakte

 

gekomen

 

pleziertochtje

 

vijver

 

Saknussemm

 

gevolgd

 
worden
 

schijnt


snelheid

 

lichtsterkte

 

eerste

 

onderzoeken

 

ontwaken

 
electrische
 

daarna

 

uitgaan

 
verduisteren
 

altijd


verschijnsel

 

weinig

 

vordert

 

bijzonder

 
avonds
 

lippen

 

rijksdaalders

 

toegeteld

 

zelfde

 

schaduw


willen

 

nieuws

 
Zondag
 
Augustus
 

aanwakkeren

 

gunstigste

 

moeite

 

honderd

 

uiteinde

 

dieplood


duidelijke

 
indruksels
 

zeggen

 

gebracht

 

breekijzer

 

breekijzers

 

zwaarste

 

waarlijk

 
eindeloos
 
zuiver