FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143  
144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   >>   >|  
t gij zien, dat de zee omtrent tien voet stijgt." "Het is vreemd!" "Neen, het is natuurlijk." "Gij moogt zeggen wat gij wilt: dit alles schijnt mij buitengewoon toe en nauwelijks kan ik mijne oogen gelooven. Wie zou ooit binnen de schors der aarde een echten oceaan met zijne ebbe en zijn vloed, zijne winden en stormen verwacht hebben!" "Waarom niet? Is er eene natuurkundige reden tegen?" "Ik zie er geene, zoodra ik het stelsel der inwendige warmte moet opgeven." "Tot nu toe wordt de theorie van Davy dus bevestigd?" "Zeker, en dan is er ook niets te zeggen tegen het bestaan van zeeen of landen binnen den aardbol." "Zonder twijfel, maar onbewoond." "Waarom? zouden deze wateren geene onbekende vischsoorten kunnen herbergen?" "In allen gevalle hebben wij er tot nu toe geene aangetroffen." "Welnu, wij kunnen hengels maken en zien, of de hoek hier beneden even gelukkig zal zijn als in de ondermaansche zeeen. "Wij kunnen het beproeven, Axel! want wij moeten al de geheimen dezer nieuwe gewesten uitvorschen." "Maar waar zijn wij, oom? want ik heb u deze vraag nog niet gedaan, waarop uwe werktuigen u het antwoord moeten geven." "In een waterpasse richting driehonderd vijftig uur gaans van IJsland." "Zoo ver?" "Ik ben zeker, dat ik mij geen vijf honderd vadem bedrieg." "En wijst het kompas nog altijd zuidoost?" "Ja! met eene westelijke afwijking van negentien graad en twee en veertig minuten, juist als op aarde. Met zijne helling heeft iets bijzonders plaats, dat ik met de uiterste zorg heb waargenomen." "En dat is?" "Dat de naald, in plaats van naar de pool te hellen, zooals zij op het noordelijk halfrond doet, integendeel rijst." "Daaruit moeten wij dus opmaken, dat het punt van magnetische aantrekking ligt tusschen de oppervlakte van den aardbol en de plaats waar wij ons thans bevinden?" "Juist! en het is waarschijnlijk, dat, als wij onder de poolstreken kwamen, waar James Ross de magnetische pool ontdekt heeft, wij zien zouden, dat de naald loodrecht gaat staan. Derhalve ligt dat geheimzinnige middelpunt van aantrekking niet zeer diep." "Dat is inderdaad een feit, dat de wetenschap niet vermoed heeft." "De wetenschap, mijn jongen! is samengesteld uit dwalingen, maar uit zulke, die het goed is te begaan, want zij voeren langzamerhand tot de waarheid." "En op welke diepte zijn wij?" "Op eene diepte van vijf en dertig uur gaans." "Dan is," zeide ik de kaart naziende,
PREV.   NEXT  
|<   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143  
144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   >>   >|  



Top keywords:

plaats

 
moeten
 

kunnen

 

zouden

 

aardbol

 

aantrekking

 

magnetische

 

wetenschap

 
diepte
 

zeggen


Waarom

 

hebben

 

binnen

 

hellen

 

zooals

 
uiterste
 

waargenomen

 

gelooven

 
noordelijk
 

opmaken


honderd

 

Daaruit

 

halfrond

 

integendeel

 
bijzonders
 

afwijking

 

negentien

 

westelijke

 

altijd

 

zuidoost


veertig

 

bedrieg

 
helling
 
minuten
 

schors

 

kompas

 

dwalingen

 

nauwelijks

 

samengesteld

 

vermoed


jongen

 
begaan
 

voeren

 

naziende

 

dertig

 

langzamerhand

 

waarheid

 

poolstreken

 
kwamen
 
waarschijnlijk