FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65  
66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   >>   >|  
n hij durfde niet omzien. Eindelijk kwam hij aan den boschrand. Hij zag over een weiland, waarop een fijne, klamme regen langzaam neerstreek. Er stond een paard midden in, naast een kalen wilgeboom. Het stond onbeweeglijk met gebogen kop, en het water droppelde traag van zijn glimmende zijden en uit de saamgepakte manen. Johannes liep door, langs het bosch. Hij keek met matten, angstigen blik naar het eenzame paard en den grauwen regennevel en kreunde zacht. 'Nu is alles uit,' dacht hij; 'nu zal de zon wel nooit meer terugkomen. Nu zal het altoos voor mij blijven zooals hier.' Toch durfde hij in zijn wanhoop niet stilstaan, dan zou het vreeselijkste komen, dacht hij. Toen zag hij het groote hek van een buitenplaats en een huisje, onder een lindeboom met helder-gele bladeren. Hij ging het hek in en liep door de breede lanen, waar de bruine en gele lindebladeren in een dikke laag den grond bedekten. Langs de grasperken groeiden paarse asters en andere kleurige herfstbloemen verwilderd dooreen. Hij kwam aan een vijver. Daarbij stond een groot huis met lage ramen en glazen deuren. Rozenstruiken en klimop groeiden tegen de muren. Het was overal doodsch en gesloten. Half ontbladerde kastanjeboomen stonden stil rondom, en op den grond, tusschen het afgevallen loover, zag Johannes de glimmend bruine kastanjes blinken. Toen week het kille, doode gevoel van hem. Hij dacht aan zijn eigen huis, daar waren ook kastanjeboomen, en altijd ging hij in dezen tijd de gladde kastanjes zoeken. Hij begon plotseling te verlangen, alsof hij een bekende stem had hooren roepen. Hij zette zich op een bank bij het groote huis en schreide zich rustig. Een eigenaardige geur deed hem opkijken. Er stond een man bij hem, met een wit voorschoot om en een pijp in den mond. Om zijn middel had hij strooken lindebast, waarmede hij de bloemen opbond. Johannes kende dien reuk zoo goed, hij deed hem aan zijn eigen tuin denken en aan den tuinman, die hem mooie rupsen bracht en spreeuweneieren voor hem uithaalde. Hij schrikte niet, al was het een mensch, die bij hem stond. Hij vertelde den man dat hij verlaten en verdwaald was, en dankbaar volgde hij hem naar de kleine woning onder den geelgebladerden lindeboom. Daarbinnen zat de tuinmansvrouw en breide zwarte kousen. Over het turfvuurtje op de haardplaat hing een groote ketel water te koken. Op de vloermat bij het vuur zat een kat met gevouwen voorpooten, juist zooals Simon gezeten had, t
PREV.   NEXT  
|<   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65  
66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   >>   >|  



Top keywords:
Johannes
 
groote
 
groeiden
 
bruine
 

durfde

 

zooals

 

lindeboom

 

kastanjeboomen

 

kastanjes

 

eigenaardige


voorschoot

 

opkijken

 

hooren

 

altijd

 

gevoel

 

blinken

 

gladde

 
zoeken
 
roepen
 

schreide


bekende

 

plotseling

 
verlangen
 

rustig

 

kousen

 

zwarte

 
turfvuurtje
 

haardplaat

 

breide

 
tuinmansvrouw

kleine

 
woning
 

geelgebladerden

 

Daarbinnen

 
voorpooten
 

gezeten

 

gevouwen

 

vloermat

 

volgde

 

dankbaar


denken

 
opbond
 
strooken
 

lindebast

 

waarmede

 

bloemen

 

tuinman

 

vertelde

 

mensch

 
verlaten