FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69  
70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   >>   >|  
de het Johannes van het hoofd tot de voeten. Dat waren Windekind's oogen, dat was Windekind's stem. 'Wie zijt ge?' vroeg hij. Zijn lippen beefden van aandoening. 'Ik ben Robinetta! en dit is mijn vogel. Hij zal niet schuw voor je zijn. Hou je van vogels?' Het roodborstje was niet schuw voor Johannes. Het vloog op zijn arm. Dat was juist als vroeger. Het moest toch Windekind zijn, dat blauwe wezen. 'Vertel me eens hoe je heet, jongetje,' zeide Windekind's stem. 'Kent gij mij niet? Weet ge niet, dat ik Johannes heet?' 'Hoe zou ik dat weten?' Wat beteekende dat? Het was toch die bekende, zoete stem, het waren toch die donkere, hemeldiepe oogen. 'Hoe zie je mij zoo aan, Johannes? Heb je mij ooit meer gezien?' 'Ja ik geloof het wel.' 'Dat heb je toch zeker gedroomd.' Gedroomd? dacht Johannes. Zou ik alles gedroomd hebben? Of zou ik nu droomen? 'Waar zijt gij geboren?' vroeg hij. 'Heel ver van hier, in een groote stad.' 'Bij menschen?' Robinetta lachte. Het was Windekind's lach. 'Ik geloof het wel. Jij niet?' 'Ach ja, ik ook!' 'Spijt je dat? Hou je niet van menschen?' 'Neen! Wie zou van menschen houden?' 'Wie? Wel, Johannes, wat ben je een raar jongetje! Hou je meer van dieren?' 'O, veel meer, en van bloemen.' 'Ik doe dat eigenlijk ook wel eens. Een enkelen keer. Maar dat is niet goed. Wij moeten van menschen houden, zegt Vader.' 'Waarom is dat niet goed? ik houd van wien ik wil, of het goed is of niet.' 'Foei, Johannes! Heb je dan geen ouders of iemand die voor je zorgt? Hou je niet van hen?' 'Ja,' zeide Johannes nadenkend. 'Ik houd van mijn vader. Maar niet, omdat het goed is. Ook niet omdat hij een mensch is.' 'Waarom dan?' 'Dat weet ik niet, omdat hij niet is als andere menschen, omdat hij ook van bloemen en vogels houdt.' 'Dat doe ik ook Johannes! dat zie je.' En Robinetta riep het roodborstje op haar hand en sprak het vriendelijk toe. 'Dat weet ik,' zeide Johannes. 'Ik houd ook veel van u.' 'Nu al? Dat is vlug!' lachte het meisje. 'Van wie hou je wel het meeste?' 'Van ...' Johannes weifelde. Zou hij Windekind's naam noemen? De vrees, dat die naam hem tegenover menschen mocht ontvallen, was onafscheidelijk van al zijn denken. En toch, was dit blonde wezen in het blauwe kleed Windekind niet? Wie anders kon hem dat gevoel van rust en geluk geven? 'Van u!' zeide hij opeens en zag met vollen blik in de diepe oogen. Moedig waagde hij die volkomen overgave,
PREV.   NEXT  
|<   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69  
70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   >>   >|  



Top keywords:

Johannes

 

Windekind

 

menschen

 

Robinetta

 

gedroomd

 

jongetje

 
Waarom
 

geloof

 

lachte

 

houden


roodborstje

 

vogels

 
bloemen
 

blauwe

 

nadenkend

 

ouders

 

andere

 
mensch
 
iemand
 

gevoel


anders

 
opeens
 

Moedig

 
overgave
 
waagde
 

vollen

 

blonde

 

denken

 
meeste
 

meisje


weifelde

 

noemen

 

ontvallen

 

onafscheidelijk

 

volkomen

 

tegenover

 

vriendelijk

 

beteekende

 

bekende

 
donkere

gezien

 
hemeldiepe
 

Vertel

 

lippen

 
beefden
 

aandoening

 

voeten

 

vroeger

 
Gedroomd
 

dieren