, maar voor eene moreele gedachte, deze namelijk,
dat men geen vrede kan hebben, wanneer men leeft in onware verhoudingen.
Zijn speculant is diep ongelukkig, zoolang de waarheid er niet uit is,
maar nauwelijks heeft een edel advocaat hem tot bekentenis gedwongen, of
de man voelt zich verlicht. In het laatste bedrijf leeft hij met zijn
gezin idyllisch in een eenvoudige woning van een gering loon en is
tevreden. Ook van dezen man is de psychologie wel wat al te weinig
samengesteld, om ons belang in te boezemen. Van begrijpen van den
bankroetier is ook hier geen sprake. Jonas Lie oordeelt niet, noch den
man, noch de daad, maar hij vertelt, en als hij uitverteld heeft,
kennen wij den faillent, en wij begrijpen, dat het zoo gaan moest, als
het is gegaan.
Het spreekt wel van zelf, dat de verhouding der geslachten, die een zoo
groot deel der aantrekkelijkheid van de meeste romans uitmaakt, ook bij
Jonas Lie een belangrijke rol speelt. Meer dan een van zijn boeken zou
men huwelijksromans kunnen noemen. De dichter heeft daarin een
belangrijke bijdrage geleverd in de discussie over de positie der vrouw.
Ook hier onthoudt hij zich van het theoretisch proclameeren van een
eenige waarheid. Bij hem komt alles op de persoonlijkheid aan, en
hoezeer Lie ook een vriend is van de vrijheid, de vrouwen, die hun
naaste plichten vergeten, om zich aan 'hoogere' dingen te kunnen wijden,
vinden in den regel bij hem weinig sympathie. Van de andere zijde heeft
hij menig gelukkig interieur geschilderd, waarin de vrouw het sterkste
karakter heeft. Die grootere kracht kan, zoo meent hij, wanneer de
liefde en het verstand niet te kort schieten, aan het gemeenschapsleven
ten goede komen. Vrouwen van deze soort in verschillende levensposities
zijn onder anderen Susanne in _Den Fremsynte_, Bera in _Faste Forland_,
Ely Falk in _Adam Schrader_, Ellen in _Naar Jernteppet falder_. Op het
juiste evenwicht komt het aan; de vrouw, die zich niet weet te
handhaven, wordt de verdrukte huismoeder eener vroegere periode; zij,
die niet kan geven, wordt de egoiste, de coquette, de ontrouwe vrouw. Al
deze typen heeft Lie geschilderd, zoo dat zij lijken.
De hoogste deugd is voor Lie vastheid en betrouwbaarheid. En het
grootste ongeluk in een huwelijk is twijfel. Twijfel is een motief, dat
hij bij herhaling gebruikt heeft. Viermaal ontmoeten wij in zijn romans
den twijfel van een man aan de trouw van zijn vrouw (_Livsslaven_, waar
de vraag de trouw der geliefde geldt,
|