ansleven bij ervaring kent, wil
dat niet toestaan; de jongen loopt weg, wordt een flink zeeman en
verzoent zich later met den vader. Dit is het gunstigste verloop. In
_Familien paa Gilje_ moeten de dochters uitgehuwelijkt worden, omdat dit
de eenige wijze is, om hen te verzorgen; in _En Malstrom_ is het nog
erger; hier dienen zij, om de schulden van den vader af te doen; in
_Kommandorens Dotre_, waar de moeder de drijfkracht in huis is, is het
de eerbied voor conventie, die aan het geluk der kinderen in den weg
staat. Het zijn al te gader ouderwetsche milieu's, dat wil zeggen, in
die dagen ouderwetsch, thans nog slechts bij hooren zeggen bekend,
waarin denkbeelden heerschen, die in strijd komen met een modernen
drang, om zelf de smid van zijn geluk te zijn.
Maar weldra toont Lie, dat hij ook oogen heeft, waarmee hij de excesses
van dezen drang kan zien. De vrijheid wordt losbandigheid; de wil wordt
niet geoefend, en er komt een geslacht op van veeleischende kinderen
zonder plichtbewustzijn, voor wie brave ouders alles offeren. Zulk een
gezin is dat van Dr. Baarwig in _Niobe_.
De verhouding der standen in de maatschappij, een geliefkoosd onderwerp
van de letterkunde dier dagen, wordt door Jonas Lie zelden of nooit tot
hoofdthema van een boek gemaakt, en geen enkel maal heeft hij zijn pen
misbruikt, om de klassen der bevolking tegen elkander op te hitsen, Hij
zelf behoort tot de hoogere klasse, maar sedert zijn kindsheid heeft
hij met menschen uit zeer verschillenden kring omgegaan, en zoo heeft
hij vroeg gezien, dat de tegenstelling tusschen arm en rijk slechts een
der vele tegenstellingen van het leven is. Ook zijn romans bewegen zich
onder menschen van iederen rang, en zij toonen, dat hij overal thuis is.
Er is in deze boeken dan ook nooit sprake van een principieele
vijandschap tusschen de standen. Ook dit hangt ongetwijfeld met eigen
ervaringen samen. Hij heeft reeds in het milieu, waar hij opgroeide,
gezien, dat een goede verstandhouding mogelijk en voor beide partijen
heilzaam is. Niettemin heeft hij oog gehad voor het onrecht, dat de
sterkere den zwakkere kan aandoen, maar ook hier wacht hij zich voor een
schildering uitsluitend in wit en zwart. Twee van zijn romans kan men in
dezen zin 'maatschappelijke' romans noemen, te weten _Livsslaven_, uit
de eerste periode, en _Majsa Jons_, een van zijn rijpste werken.
_Livsslaven_ is de geschiedenis van den onechten zoon eener dienstbode,
die het nu eenmaal moet ontgel
|