ij geen pessimist. Hij is een toreador; het sarcasme is zijn
lans, en hij weet te treffen.
Een ander zeer bekend, maar niet zeer vruchtbaar schrijver, die tot de
groep Lie--Kielland behoort, is Kristian Elster. Zijn meest bekende werk
heet _Farlige Folk_ (Gevaarlijke Menschen) (1881).
Tot de naturalistische schrijvers der periode behoort Amalie Skram, die
in 1882, dus slechts een jaar na Kielland, met haar eersten roman
optrad. Het is haar minder te doen om het debat over maatschappelijke
problemen dan om natuurgetrouwe schildering van menschen, waarbij de
gedachte op den voorgrond treedt, dat karakter en handelingen der
menschen evenals hun ervaringen door uit- en inwendige omstandigheden
bepaald zijn. Zij geeft duistere beelden van het alledaagsche leven en
daalt daarbij diep in details af. Van haar romans noemen wij _Constance
Ring_ (1885) en een samenhangende reeks van vier lange vertellingen,
samen eene familiegeschiedenis uitmakende: _Sjur Gabriel_ (1887), _To
Venner_ (Twee Vrienden) (1887), _S.G. Myre_ (1890), _Afkom_
(Nakomelingschap) (1898).
In dit verband moet een boek genoemd worden, dat als kunstwerk niet hoog
geschat wordt, maar dat toch groote beteekenis gehad heeft door de
aandacht, die het getrokken heeft, en door den invloed, dien het op de
litteratuur der eerstvolgende jaren geoefend heeft. In 1885 wekte Hans
Jaeger opzicht met zijn roman _Fra Kristiania Bohemen_. Men kan dit boek
rekenen tot de problemen-litteratuur, in zooverre als er een
maatschappelijk vraagstuk, het geslachtsleven, in behandeld wordt. Er
wordt ook een oplossing aan de hand gedaan door de aanbeveling der vrije
liefde. Maar wat het boek van andere uit denzelfden tijd onderscheidt,
is het sterk persoonlijke element, waardoor het half tot lyriek wordt,
en wel tot een noodkreet van het individu, dat de maatschappij
aanklaagt, de schuld te dragen aan zijn ellende. Deze toon was in die
dagen ongewoon en verwekte niet weinig aanstoot. Daar kwam bij, dat de
schrijver in zijn mededeelingen al te duidelijk was geweest, zoodat
sommige zijner personen te herkennen waren. En eindelijk werkte ook wel
mee, dat het boek door afwezigheid van kunst den indruk maakte van
schandaalschrijverij, waaraan het trouwens ook niet geheel vreemd was,
daar het niet een mislukt kunstwerk was, maar het den schrijver
heelemaal niet om kunst te doen was, maar om aandacht te vragen voor
hetgeen hij te zeggen had over een maatschappelijken noodtoestand. Hier
he
|