dit spelen eigenlijk strekte tot een
krachtig voedsel van de blinde afgoderij des Heidendoms, en verheffinge
der afgoden; een ingekankerde gruwel, wiens uitroeien den eersten
kruishelden, en de gedurig worstelende Kerke op zooveel zweet en bloed
stond, maar nu lang uitgestorven, geene voetstappen in Europa laat. Dat
de H. Oudvaders die tooneelen hierom, en tegelijk om het bederf der
zeden, en andere openbare en schaamtelooze misbruiken van naakte
jongelingen, vrouwen, en maagden, en andere vuiligheden, bestraften, was
noodig en loflijk, gelijk het in dien gevalle nog zoude zijn. Dit nu
overgeslagen, laat ons het nut en den oorbaar van stichtelijke en
vermakelijke spelen niet te licht wegworpen. Heilige en eerlijke
voorbeelden dienen ten spiegel, om deugd en Godvruchtigheid t'omhelzen;
gebreken, en d'elenden, daaraan gehecht, te schuwen. Het wit en oogmerk
der wettige Treurspelen[27] is de menschen te vermorwen door schrik en
meedoogen[28]. Scholieren, en opluikende jonkheid worden door spelen,
in talen, welsprekendheid, wijsheid, tucht, en goede zeden en manieren,
geoefend, en dit zet, in de teere gemoeden en zinnen, een plooi van
voegelijkheid en geschiktheid, die hun, tot in den ouderdom toe,
bijblijven en aanhangen[29]; ja, het gebeurt bijwijlen, dat
overvliegende vernuften, bij geene gemeene middelen te buigen noch te
verzetten, door spitsvondigheden[30] en hoogdravenden tooneelstijl
geraakt, en, buiten hun eigen vermoeden, getrokken worden; gelijk een
edele luitsnaar geluid geeft en antwoordt, zoodra heur weergade, van
dezelve nature en aard, op eenen gelijken toon en andere luit gespannen,
getokkeld wordt van een geestige hand, die, al spelende, den
tuimelgeest[31] uit eenen bezeten en verstokten Saul drijven kan. De
historien der eerste Kerke bezegelen dit met de gedenkwaardige
voorbeelden van Genesius en Ardaleo, beide tooneelspeelders, in den
Schouwburg, door den H. Geest verlicht en bekeerd; terwijl ze, onder het
spelen, den Christenschen Godsdienst willende beschimpen, overtuigd
wierden van de waarheid, die ze geleerd hadden uit hun deftige
speelrollen, doorgaands beter gestoffeerd met pit van wijsheid dan laffe
redenen, uren lang in den wind gestrooid, en eer verdrietig dan
leerzaam. Men worpt ons, ten opzichte van Bijbelstoffe, voor, dat men
geen spel met heilige zaken behoorde te spelen; en zeker, dit zou wat
schijns hebben in onze tale, die juist het woord van Spel mede brengt;
maar wie slechts een woord o
|