van 1 roede 3 ellen 8
palmen regthoekig door de middellijn getrokken; het kleinste gedeelte,
dat door deze koord van de middellijn wordt afgesneden, is 1 el 8
palmen; hoe lang is de middellijn?
_Antw._ 2 Roeden 8 ellen 2 palmen 5 duimen.
24. Wanneer van de middellijn eens cirkels, door eene koord van 1 el 8
palmen, een stuk van 4 palmen wordt afgesneden, hoe lang is dan die
middellijn, wetende dat de koorde de middellijn regthoekig snijdt, en
dat het onbekende deel van den diameter het grootste is?
_Antw._ 2 Ellen.
25. Van eenen cirkel is de middellijn 2 palmen en de koord, welke
dezelve regthoekig doorsnijdt, 1 palm 6 duimen; hoe lang is het kleinste
stuk, dat door de koord van de middellijn wordt afgesneden?
_Antw._ 4 Duimen.
26. In eenen cirkel zijn twee koorden getrokken, welke elkander zoodanig
snijden, dat de deelen van de eene 1 el 7 palmen en 9 palmen zijn; zoo
nu het kleinste deel van de andere koorde 6 palmen is, hoe lang is dan
derzelver grootste deel?
_Antw._ 2 Palmen 5 duimen 5 strepen.
27. Men heeft uit het middelpunt van eenen cirkel op eene koord, welke 6
ellen 4 palmen lengte heeft, eene loodlijn getrokken, welke 2 ellen 4
palmen lang is. Men vraagt naar den radius van dezen cirkel.
_Antw._ 4 Ellen.
28. De middellijn van eenen cirkel wordt door eene koord in twee deelen
gedeeld, waarvan het eene deel 6 palmen en het andere deel 5 ellen 4
palmen is. Bereken hieruit de lengte van de koord.
_Antw._ 3 Ellen 6 palmen.
29. In eenen cirkel is eene koord getrokken, welke de middellijn in twee
deelen deelt, waarvan het eene deel 3 ellen 2 palmen en het andere 2
roeden 2 ellen 4 palmen lang is. Indien men uit het eene uiteinde van de
koord eene loodlijn op de middellijn neerlaat, dan valt dezelve juist in
het middelpunt van den cirkel. Men vraagt in welke deelen de koord is
gedeeld?
_Antw._ Het kleinste deel is 4 ellen 4 palmen 8 duimen en het grootste
16 ellen.
30. Uit een punt buiten eenen cirkel heeft men twee lijnen getrokken,
waarvan de eene den omtrek raakt en de andere in het middelpunt eindigt.
Indien nu de lengte van de raaklijn 2 ellen 4 palmen en die van de
andere lijn 4 ellen is, hoe lang is dan de middellijn van den cirkel?
_Antw._ 6 Ellen 4 palmen.
31. Uit een punt buiten den cirkel, welke 5 ellen 2 palmen middellijn
heeft, is eene raaklijn getrokken, hebbende eene lengte van 1 el 9
palmen 5 duimen; men vraagt naar de lengte van de snijlijn, welke uit
het genoe
|