ewerken tot de intrekking van de bedoelde voorschriften.
Zij doen daarbij een beroep op de belofte, door Uwe Excellentie in een plechtig
uur geschonken, dat zij ons volkskarakter wil eerbiedigen en aan ons land geen
ideologie wenst op te dringen, die ons vreemd is.
(10 handtekeningen)
<46>
H.C. Touw zou later schrijven: "De betekenis van dit eerste, gemeenschappelijke
protest tegen de Jodenverdrukking, in een tijd toen een groot deel van ons volk
de strekking nog niet doorzag, kan niet licht overschat worden. Voor het eerst
getuigden de kerken tezamen, getuigden zij tegen het antisemitisme, getuigden
zij op bijbelse gronden, en getuigden zij tijdig."
Misschien was het belangrijkste van de indiening van dit request, dat men besloot
om in alle kerkgebouwen mededeling aan de gemeente te doen van de indiening,
met een korte samenvatting van de inhoud.
Later zou de Hervormde predikant dr. H.M.J. Wagenaar, op wiens bureau (voor
predikants-salarissen) de meeste stukken gestencild werden, aan L. de Jong
vertellen hoe een besluit om een protest in alle plaatselijke kerken voor te
lezen, uitgevoerd werd:
"Moest op zondag in alle hervormde kerken een bepaald schrijven voorgelezen
worden, dan werden de gestencilde stukken als regel op woensdag gereedgemaakt
en op donderdag door vertrouwde koeriers of koeriersters naar verschillende
adressen in den lande gebracht. Van daaruit waarschuwde men de gedelegeerden
van de classes; die lieten dan op vrijdag de stukken ophalen en droegen er
zaterdag zorg voor, dat elke predikant het voor hem bestemde exemplaar ontving.
Het was een distributiesysteem, buiten de post om, dat steeds feilloos functioneerde.
Het element van risico dat er in stak (de stukken kwamen ook in handen van 'foute'
predikanten) werd aanvaard." [2.12]
Zondag 27 oktober, aldus Touw, werd een keerpunt in de geschiedenis der kerk:
"de stilte, waarin kerk en volk zovele maanden verkeerden, werd verbroken".
Er waren gemeenteleden die alleen maar naar de ochtenddienst plachten te gaan,
maar op die zondag ook naar de middagdienst kwamen om de afkondiging nog eens te horen.
Maar de Gereformeerde prof. H.H. Kuyper oordeelde, dat "het niet oorbaar moest
worden geacht aan een verzoek publiciteit t. geven voordat het antwoord was
binnengekomen" (Seyss-Inquart heeft niet geantwoord). Wel werd de tekst aan de
plaatselijke kerkenraden gezonden, maar ook dat geschiedde met vertraging.
Zo werd op 29 oktober in alle Hervormde kerk
|