FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103  
104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   >>   >|  
g nimmer zoude eindigen, toen wij ten laatste aan een klein boerenhekje kwamen, hetwelk de Heer Bos openstootte en waar wij doortrokken. Een vrij smal pad, hetwelk door een dichtvallend hekje gesloten was, bracht ons weldra van achteren op een moestuin, aan welks einde ik een landhoeve gewaarwerd, welke ik veronderstelde dat het doel onzer wandeling zijn zoude. Ik bedroog mij niet. Op het geblaf van een naast de deur aan een ketting gelegen mopshondje, ging de voordeur open, en een zwarte gedaante, van welke de meer en meer vallende duisternis mij alleen toeliet de vormen te onderkennen, trad haastig naar buiten en fluisterde van verre: "Zijt gij het, Vader?" "Stil! stil!" antwoordde deze: "ik kom niet alleen ... dezen weg op, Mijnheer!... waar is de oude Martha?" "Bezig met het avondeten te bereiden," antwoordde de dochter op een nog flauweren toon, terwijl ik meende te bespeuren, dat zij met weinig verwonderd was over de aankomst van een zoo onverwachten gast als ik. "'t Is wel!" antwoordde haar vader, binnentredende: "breng Mijnheer in het opkamertje: hij zal van nacht hier blijven: ik ga even met Martha overleggen, waar wij hem huisvesten zullen." Dit zeggende, opende hij de deur van een soort van keuken, alwaar ik een oude vrouw zag nedergehurkt en bezig met koeken te bakken. Hij trad binnen en, de deur achter zich sluitende, liet hij mij met zijn dochter alleen, beiden voorzeker evenzeer met onze figuur verlegen. De jonge Juffer althans oogde haar vader met verbazing na en wendde vervolgens de vragende blikken op mij. Ik begreep dat de welvoeglijkheid eenige verontschuldiging vorderde. "Mejuffer!" zeide ik: "ik vrees, dat ik hier ongelegenheid zal veroorzaken; maar Mijnheer uw vader heeft gewild, dat...." "Wat mijn vader begeert, moet volbracht worden," antwoordde zij, met een vaste stem en een deftige hoofdbuiging: "wees zoo goed mij te volgen." Dit gezegd hebbende, keerde zij zich om en besteeg een trapje, dat naar een klein vertrekje geleidde, waar binnen ik haar volgde. Zij schoof mij een stoel toe: ik nam echter geen plaats; maar bleef met de eene hand op de leuning rusten: mijn hoofd was zoo vol en al mijn denkbeelden door de vreemde ontmoetingen van den dag zoo verward, dat ik nauwelijks wist of ik droomde, dan of ik waakte. Intusschen bleef mijn geleidster over mij staan, in de houding van iemand, die een opheldering verwacht, en ik achtte het mijn plicht, haar die te geven. "Uw Heer
PREV.   NEXT  
|<   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103  
104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   >>   >|  



Top keywords:

antwoordde

 
alleen
 

Mijnheer

 

binnen

 

Martha

 

dochter

 

hetwelk

 

veroorzaken

 

ongelegenheid

 

vorderde


Mejuffer

 

deftige

 

hoofdbuiging

 

worden

 

volbracht

 

verontschuldiging

 

eindigen

 

begeert

 

gewild

 

welvoeglijkheid


evenzeer

 

figuur

 

verlegen

 

voorzeker

 

beiden

 

achter

 

sluitende

 

Juffer

 

vragende

 

blikken


begreep

 

vervolgens

 
wendde
 
althans
 

verbazing

 

eenige

 

gezegd

 

nimmer

 

droomde

 

waakte


nauwelijks

 

verward

 

vreemde

 

ontmoetingen

 

Intusschen

 

geleidster

 

achtte

 

plicht

 

verwacht

 
opheldering