FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128  
129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   >>   >|  
nde gewelven scheiden, die zich boven mijn hoofd opeen stapelden? Wie kon mij op den rechten weg terug brengen en met mijne reisgezellen vereenigen? "O, oom!" riep ik op wanhopenden toon. Het was het eenige woord van verwijt, dat over mijne lippen kwam; want ik besefte, wat de ongelukkige man moest lijden, als hij mij op zijne beurt zocht. Toen ik mij zoo van alle menschelijke hulp verstoken en in de onmogelijkheid zag om iets tot mijn redding te beproeven, dacht ik aan hemelschen bijstand. De herinneringen mijner kindsheid, die mijner moeder, die ik slechts in mijne prilste jeugd gekend had, kwamen in mijn geheugen terug. Ik nam mijn toevlucht tot het gebed, hoe weinig recht ik ook had om te verwachten, dat ik gehoord zou worden door God, tot Wien ik mij zoo laat wendde, en riep Hem vurig aan. Dat opzien tot de Voorzienigheid maakte mij een weinig bedaarder en ik kon nu al de krachten van mijn verstand op mijn toestand vereenigen. Ik had voor drie dagen levensmiddelen en mijne flesch was vol. Evenwel kon ik niet langer alleen blijven. Maar moest ik stijgen of dalen? Natuurlijk stijgen! altijd stijgen! Zoo moest ik op het punt komen, waar ik de bron had verlaten, bij de noodlottige splitsing. Was ik eens daar en had ik de beek onder mijne voeten, dan kon ik altijd weder den top van den Sneffels bereiken. Dat ik daaraan niet vroeger gedacht had! Het bood toch altijd nog eene vrij zekere kans op redding aan. Het was dus in de allereerste plaats noodig om den loop der Hans-beek terug te vinden. Ik stond op, en leunende op mijn met ijzer beslagen stok ging ik weder naar het boveneinde der galerij. Hare helling was vrij steil. Ik liep vol moed en onbeschroomd voort, als iemand die geene keus heeft betreffende den weg, dien hij moet volgen. Een half uur lang ontmoette ik geene hinderpalen. Ik beproefde den weg te herkennen aan den vorm des tunnels, aan de uitstekende punten van sommige rotsen, aan het voorkomen der kromten. Maar geen bijzonder teeken trof mijn geest, en ik bespeurde weldra, dat deze galerij mij niet op de plaats van splitsing terug kon brengen. Zij was zonder uitgang. Ik werd gestuit door een ondoordringbaren muur en viel op den grond. Ik kan niet beschrijven door welk een schrik, door welk eene wanhoop ik nu werd aangegrepen. Ik was als vernietigd. Mijne hoop was verbrijzeld tegen dezen muur van graniet. Verloren in dezen doolhof, welks kronkelpaden elkander in alle richtingen krui
PREV.   NEXT  
|<   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128  
129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   >>   >|  



Top keywords:

altijd

 
stijgen
 

redding

 

weinig

 

galerij

 

mijner

 

plaats

 

splitsing

 
vereenigen
 

brengen


Sneffels

 

helling

 

boveneinde

 

iemand

 

onbeschroomd

 
gedacht
 

noodig

 

betreffende

 
allereerste
 

zekere


vroeger

 

bereiken

 

beslagen

 

leunende

 
vinden
 

daaraan

 

herkennen

 

beschrijven

 

schrik

 

wanhoop


aangegrepen

 

zonder

 
uitgang
 
gestuit
 

ondoordringbaren

 

vernietigd

 

kronkelpaden

 

elkander

 

richtingen

 

doolhof


Verloren

 
verbrijzeld
 

graniet

 

weldra

 

beproefde

 

hinderpalen

 

ontmoette

 

volgen

 
tunnels
 
uitstekende