FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   376   377   378   379   380   381   382   383   384   385   386   387   388   389  
390   391   392   393   394   395   396   397   398   399   400   401   402   403   404   405   406   407   408   409   410   411   412   413   414   >>   >|  
voor uwe opinie dan voor de mijne.--Maar UEd. zal mij een parapluie moeten leenen: want ik zie, dat het frisch is begonnen te regenen, sedert ik hier ben." "Van harte gaarne.--Wil ik anders de koets ook laten inspannen." "Ik dank u wel," zeide ik: "dat houdt maar op.--Tot straks; want ik zal u bescheid komen brengen." Ik ging dan op weg, bij mijzelven de zonderlinge grillen van mijn lot overdenkende, waardoor alles, wat ik hoorde of verrichten moest, zich op deze of gene wijze in verband stelde met den Heer Bos of zijne dochter. Ik was niet ongelijk aan iemand, die zich in een sterrebosch bevindt, en, welke laan hij ook insla, altijd den grooten boom of het standbeeld voor oogen heeft, waar al de lanen op uit loopen. Met dat al gevoelde ik eene zekere nieuwsgierigheid, om dien Notaris te zien, wiens naam ik in de laatste dagen zoo dikwerf had hooren noemen, en aan wien ik niet denken kon, zonder mij een machtigen toovenaar voor te stellen, die den sleutel bezat der ingewikkelde geheimenissen, welke mij zooveel kwelling veroorzaakten, en door zijn wil in staat zoude zijn, de ontknooping te bewerken dier voor mij zoo lastige raadsels. Want dat dit bezoek, hoezeer ten gevolge van zeer prozaische en alledaagsche beroepsbezigheden afgelegd, wederom aanleiding zoude geven tot nieuwe verwarring in het drama, 't welk ik onwillig medespeelde, daar aan twijfelde ik geen oogenblik: en de uitkomst deed zien dat mijn voorgevoel mij niet bedroog. * * * * * NEGEN-EN-TWINTIGSTE HOOFDSTUK. VERMELDENDE WAT ER TEN HUIZE VAN DEN NOTARIS BOUVELT VOORVIEL. De kantoorbediende van den Notaris, die mij de deur opendeed, liet mij, nadat ik mijn naam en betrekking genoemd, en hem verklaard had, dat ik zijn Patroon persoonlijk spreken moest, een zijvertrek binnen, hetwelk tot spreekkamertje diende, en waar hij mij verzocht mijne beurt af te wachten. Ik vond aldaar slechts een persoon aanwezig, wien ik aan zijn duffelsch gewaad, aan zijn vierkanten lichaamsbouw, aan de stevige wijze, waarop hij met de knieen wijd van elkander en de handen op de knieen gezeten was, en vooral aan het in een bont geruiten doek geknoopt pakje, dat tusschen zijn beenen lag, voor een Zaankanter, althans voor iemand van de overzijde van het IJ herkende. Hij beantwoordde mijn groet als een Chineesche Mandarijn, namelijk met een hoofdknik: en vermoedende, dat er geen heil uit een onderhoud met dit lomp stuk vleesch te hale
PREV.   NEXT  
|<   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   376   377   378   379   380   381   382   383   384   385   386   387   388   389  
390   391   392   393   394   395   396   397   398   399   400   401   402   403   404   405   406   407   408   409   410   411   412   413   414   >>   >|  



Top keywords:

knieen

 
Notaris
 
iemand
 

VOORVIEL

 

afgelegd

 

kantoorbediende

 

BOUVELT

 

NOTARIS

 

wederom

 

beroepsbezigheden


medespeelde

 
onwillig
 

betrekking

 
opendeed
 
alledaagsche
 

prozaische

 

aanleiding

 

genoemd

 

TWINTIGSTE

 

bedroog


uitkomst

 

voorgevoel

 

HOOFDSTUK

 

twijfelde

 

nieuwe

 
VERMELDENDE
 

verwarring

 

oogenblik

 

spreken

 
vooral

geruiten

 

geknoopt

 

gezeten

 

handen

 
stevige
 

lichaamsbouw

 

waarop

 
elkander
 

tusschen

 

herkende


beantwoordde
 

Chineesche

 

overzijde

 

beenen

 

Zaankanter

 

althans

 

vierkanten

 

onderhoud

 

namelijk

 
zijvertrek