FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   350   351   352   353   354   355   356   357   358   359   360   361   362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374  
375   376   377   378   379   380   381   382   383   384   385   386   387   388   389   390   391   392   393   394   395   396   397   398   399   >>   >|  
haar hebt?" "'t Is nu de tijd niet, daarover te spreken," antwoordde ik, ongenegen hem tot mijn vertrouweling te maken. "Integendeel!" hernam hij: "en gij behoeft voor mij niet te vreezen:--er zal tusschen ons geen rivaliteit bestaan.--Maar wat kan de reden zijn, dat haar oom zoo geweldig op een huwelijk tusschen haar en Lodewijk gesteld is, en zich daar zoo zonderling en dringend over uitlaat?" "Heeft hij dat in uw bijzijn gedaan?" vroeg ik, verrast. "Aha!--die vraag is een antwoord op hetgeen ik zooeven vroeg:--In mijn bijzijn? _mieux que ca_, tegen mijzelven, vriendlief!" "Hoe dat?" "Luister eens. In den gepasseerden nacht lag ik gerust op mijn bed, toen opeens de deur van mijn slaapkamer wordt opengedaan: "wie is daar?" vraag; ik.--Geen antwoord.--Ik ga overeind in mijn bed zitten, en zie: daar nadert mij een lange gestalte, blootsvoets en 't lijf in een nachtjapon gewikkeld, met een slaapmuts op au een kaars in de hand, die naar mij toetreedt. Het was de oude Heer Blaek." "Inderdaad! En wat kwam die u vertellen?" "Daarnaar was ik niet minder nieuwsgierig dan gij. "Mijn God! Mijnheer Blaek! Wat is er gebeurd?" vroeg ik.--Maar hij, zonder mij te antwoorden, zette de kaars op de tafel, en, een stoel nemende, plaatste hij zich aan het hoofdeneind van mijn bed. Toen bemerkte ik eerst, dat hij een slaapwandelaar was." "En hij sprak met u?" "Hij nam mijne hand tusschen de zijne, en toen, mij met een gelaat vol angst aanziende: "om Gods wil, Lodewijk!" zeide hij: "maak uw ouden vader niet ongelukkig. Heb medelijden met mij. Geef mij de rust mijner ziel weer en neem Henriette tot vrouw. Ik heb heden weer een aanzoek voor haar afgeslagen."" "Hij zeide dit?" "Ik herhaal u zijn eigen woorden: "O! Wist gij," vervolgde hij, "wat het zegt, jaren lang de folteringen des gewetens te gevoelen, en slechts een middel tot herstel van het misdrijf te kennen. Het is in uwe macht mijn Lodewijk! mij de rust terug te geven. Ik heb u altijd uwen wil laten doen;--ik heb u wellicht te veel liefgehad: ja! God weet het: veel te veel:--doe gij dan het eenige, wat gij voor mij doen kunt."" "Onbegrijpelijk! En welk geheim kan het zijn, dat hem zoo zwaar op het hart ligt?" "Ik weet het niet; en ik was liever de kamer uitgeloopen dan op een zoodanige wijze de confident te worden van iemand, aan wiens huis ik hospitaliteit geniet.--De slapende vervolgde: ""gij weet het niet, waarom ik zoo sterk op dat huwelijk insistee
PREV.   NEXT  
|<   350   351   352   353   354   355   356   357   358   359   360   361   362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374  
375   376   377   378   379   380   381   382   383   384   385   386   387   388   389   390   391   392   393   394   395   396   397   398   399   >>   >|  



Top keywords:

Lodewijk

 

tusschen

 
antwoord
 

bijzijn

 

vervolgde

 

huwelijk

 

afgeslagen

 

medelijden

 

aanzoek

 

gelaat


woorden

 
herhaal
 
slaapwandelaar
 

Henriette

 
aanziende
 

ongelukkig

 

mijner

 

liever

 

uitgeloopen

 

zoodanige


Onbegrijpelijk

 

geheim

 

confident

 

worden

 
slapende
 

waarom

 
insistee
 

geniet

 

iemand

 

hospitaliteit


eenige

 
slechts
 

gevoelen

 

middel

 

herstel

 
misdrijf
 

gewetens

 
folteringen
 

kennen

 

wellicht


liefgehad

 

altijd

 
verrast
 

hetgeen

 

zooeven

 
gedaan
 

zonderling

 
dringend
 

uitlaat

 

Luister