eep dat niet: Hij bood mij meer
geld aan en het tooneel, maar het was de kwestie, dat ik geen verslaggever
verkoos te blijven en Holland uit wou.
Toen heeft mijn vriend Enklaar, met wien ik samenwoonde, die zelf aan het
Buitenland van het "Handelsblad" werkte en mijn angsten en ergernisjes
zoo gauw begreep, mij in relatie gebracht met Charles Boissevain. En voor
het "Handelsblad" mocht ik naar Parijs. Daar ben ik dan vijf jaar geweest,
en ik begon me meer en meer te voelen als de _entretenu_ van Boissevain....
Ik blijf hem altijd dankbaar voor het baantje, maar ... het had zijn
bezwaren. Ik wist dat ik altijd in een bepaalden geest moest schrijven.
En in dien tijd begon ik Parijs onder een hoe langer hoe cynischer wordend
algemeen levensinzicht te bekijken. Ik had een zekere satanische vreugde
aan die opvatting van Parijs--maar ik had ook veel tijd om mij in de
literatuur te verdiepen en om musea en tentoonstellingen na te loopen,
waar ik veel om gaf. Ik moest altijd vroolijke en opgewekte stukjes voor
het "Handelsblad" schrijven, zooiets als Van Maurik. Het was een hoogst
oppervlakkig werk. Maar u begrijpt, ik deed het als broodwerk, met het
vaste voornemen ermede op te houden, als die oom in Australie van me, me
eens een half millioen naliet, zooals u uw broodwerk, hoeveel plezier u er
ook in hebt, zoudt laten varen als die rijke oom van u in Australie eens
kwam te sterven.
Maar in dien tijd zag ik in het "Handelsblad" langzamerhand komen
uitingen over een kunst, die in ons land aan het ontstaan was, en
waarbij namen werden genoemd van goede kennissen van me, o.a. van Van
Deyssel, ook van menschen, die ik slechts uit hun werk kende en voor wie
ik sympathie voelde. Een daarvan was Couperus. En toen bracht het
"Handelsblad" het protest van Den Hertog, den paedagoog, tegen het
fatalisme in de werken van Couperus. Daar kon ik toch niet blijven! En
toen er open kwam een baantje aan de "Nieuwe Rotterdammer" heb ik, voor
een kwart in het besef dat ik het aan het "Handelsblad" niet kon
uithouden, en overigens om met mijn vrouw en het kind dat ons geboren
was naar Holland te gaan--zij kon in Parijs niet aarden--heb ik het
"Handelsblad" verlaten.
En een van de eerste dingen, die mij toen gebeurden, was, dat ik had
geschreven zesentwintig blaadjes copy over en grootendeels tegen "Een
Passie" van Vosmaer de Spie, en toen ik er mede binnen kwam bij mijn
chef, scheurde hij die zesentwintig blaadjes meteen doormidden. Een
twee
|