nschappen van Kloos moet zoo
staan tegenover de buitenwereld. Maar de invloed van dat individu heeft
de groep gemaakt. Als Perk had blijven leven, die meer was een
idealistisch man in Schiller's zin, dan waren de gebeurtenissen
misschien heel anders geloopen. Dat karakter van te zijn zeer
kieskeurig, eclectisch, van zich zelf te beschouwen als uitverkoren, van
zich zelve te stellen als een kleine groep begenadigden tegenover de
groote domme bende, van te gelooven, dat men de schoonheid in pacht had,
dat ging uit van Kloos."
NIETZSCHE EN MULTATULI.
Het ligt in onzen tijd, zich zoo te gedragen als Nietzsche heeft gedaan,
maar een man als Multatuli dee' 't toch volstrekt niet. Al heeft die
later het publiek veracht, zijn streven richtte zich op de maatschappij,
en van het literaire dichterschap wou hij niets weten. Ik geef toe ook,
dat Multatuli daarin fout ging, in zijn afkeer van het literaire
dichterschap, maar van zijn maatschappelijk idealisme had Kloos wel een
beetje kunnen gebruiken.
TENDENZ-KUNST DAN?
Ik voor mij wilde dus vereenigen: het menschelijk idealisme met het
streven naar literaire volmaaktheid, en dat juist heeft Shelley voor mij
gewild.... O, het is zoo dwaas te spreken van tendenz-kunst. Dat moet U
eens goed navertellen, dat is nuttig voor de menschen van onzen tijd, en
ik zal probeeren het ten duidelijkste te zeggen: Men hoort bijvoorbeeld
door menschen, die op het oogenblik behooren tot het kliekje van
Kloos,--ik zal geen namen noemen,--hoort men praten van
tendenz-literatuur, die heelemaal verkeerd zou zijn, en daarmede
bedoelen zij, alle literatuur die een zeker menschelijk idealisme
vertegenwoordigt.
ZIJ VERGETEN HUN MEESTER SHELLEY.
Welnu, het zou goed zijn als die eens overdachten, wat hun groote
meester Shelley daarover heeft geschreven. Want die maakte tendenz-kunst
in hun zin. Hij verheerlijkt zonder ophouden "the noble", "the
beautiful", "the honest", alle goeie menschelijke eigenschappen. Zij
zeggen: moraal in de kunst is nonsens. Maar Shelley, die de grootste
lyricus geweest is, is voortdurend vervuld van ethisch idealisme. En ik,
ik ging volkomen mee met de voorkeur, die zij geven aan het mooie vers
boven het leelijke. Maar nooit kon ik meegaan met de negatie van al wat
men moraal noemt, door hun beweging voorgestaan.
--"Noemt U het toevallig, dat menschen met sterk idealisme ook
beschikten over veel taalvermogen?"
ALGEMEEN MENSCHELIJK STREV
|