FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36  
37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   >>   >|  
gstig asemtje, een gesmoorde kreet.... Zijt ge onkuisch mijn vriend?" Johan Doxa verklaarde haastig dat hij zuiver en gezond was gebleven. Hij vreesde de sterke waarschuwingen, welke hij in den naam van God en langs God's eigen woord ontving, en zoo kwam het, dat hij het gloeiend geheim van zijne blijde gedachten voor zich zelf bewaarde, verborgen en eenzaam op het lage zolderkamertje, tusschen het vlakke portret, de blauwe tabakspot, de peinzende ekster en het triptrappende eekhoorntje. * * * * * Op een avond gebeurde echter een ongemeen geval. Johan Doxa wandelde om de platte kaaien van de breede vaart. Het was een najaarstijd. Een druppelende nevel hing over het water en de gele lanteernlichten vlekten wijdopen op de dichte damplagen. De avond was dik en rot. Rappe menschen schoven voorbij of een eenzame wagen waggelde gelijk een ruchtbare schaduw door de grijze massale duisternis. Op de ijzeren brug die naar de dokken leidt, bleef Johan stille staan. Hij staarde naar de klotsende vaart waar het roode licht van een signaalbord roerend brokkelde. Een stille zwarte boot gleed binnen de misten. Men hoorde het verre geronk en de belrinkeling van een zoevende elektriektram. Johan Doxa dacht, naar gewoonte, aan zijne heldere toekomst, want hij placht gaarne het beeld van zijne liefde te verplaatsen in de zonnigheid van een komende welvaart. Hij zag zeer duidelijk het huisje met de oranje luiken, den wilden wingerd boven de deur, het zomerlicht op den drempel. Hij zag den haard met de zoete warmte en den zoeteren vrede. Hij zag Julia. Een stille boot voer, zwart en water-roerend, onder de brug, en het roode signaallicht kronkelde langs de schokkende golfjes. Het sloeg negen uren op den ouden Kathelijne-toren.... Hij kuierde de dokken voorbij, keerde om naar de Vischmarkt en sloeg een smal steegje in, dat op den hoek van het Zaterdagsplein uitzicht gaf. Hij had zijne handen in zijne broekzakken gestoken en ging al fluitend. Op het Zaterdagsplein stond een driearmige gaslanteern en, juist onder de gele klaarte, een onbeweeglijke politie-agent. Johan Doxa zag hem pas als hij heel dicht bij hem genaderd was, want de nevel dikte nu tallenkant zoo zwaar, dat de straten op vierkante holten leken, waar verwijlde een vette smoor. Johan blikte even naar den politie-agent op, dewelke, paalrecht onder zijn opgestoken kapeline, rustig te rooken stond.... Maar ineens begon Johan Doxa te loopen, te lo
PREV.   NEXT  
|<   12   13   14   15   16   17   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36  
37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   >>   >|  



Top keywords:

stille

 

roerend

 

dokken

 

voorbij

 

Zaterdagsplein

 

politie

 

schokkende

 

golfjes

 

kronkelde

 

signaallicht


uitzicht
 

onkuisch

 

keerde

 
Vischmarkt
 

steegje

 

kuierde

 

Kathelijne

 

vriend

 
welvaart
 

duidelijk


huisje

 

komende

 
zonnigheid
 

liefde

 

verklaarde

 
verplaatsen
 

oranje

 

drempel

 

warmte

 

zoeteren


zomerlicht
 

luiken

 
wilden
 
wingerd
 

handen

 

blikte

 

verwijlde

 

straten

 

vierkante

 

holten


dewelke
 

paalrecht

 

ineens

 

loopen

 
rooken
 

opgestoken

 

kapeline

 

rustig

 

tallenkant

 
driearmige