FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   >>  
pzuil bloot. Ik kende die zuil goed. Hoe dikwijls liep haar lustig over, jaren geleden, toen Johan Doxa met zijn ekster, zijn sijsje en zijn eekhoorn het rare zolderkamertje bewoonde! Juist--maar hoe kommervol thans!--wilde ik de goede zuil betreden, als daar in een zoeten lach de groetende moeder Doxa stond. --"Wel mijn jongen," zei ze frisch, (ze droeg een jakje en een versch schort en ze was waarlijk, het oud wijveken, frisch als de morgen zelf) "wel mijn jongen, wat zijt gij vroeg te been!" Ik geloof dat ik daarop iets vrij onverstaanbaars uitbracht, want moeder Doxa keek me dadelijk vreemd aan. Moeders hebben wondere voorgevoelens. De lach op haar gelaat verdween. Zij zei nog: --"Komt ge mij opzoeken?" Ze drukte wonderbaar op het woord "mij". Ik knikte traag, verlegen. En wij traden het speelgoedwinkeltje binnen, dat geheel het uitzicht van vroeger had bewaard. Daar gloeide eenderlijk de roode tichelvloer en donkerde massaal de vierkante toog onder het noesche vensterlicht. Vluggelings zag ik in hunne verscheiden bakjes de lekstokken, muntebollen, vlierhopjes, ovenbeesten, stampers, kletskoppen, amandelkoekjes en kramelleu. Achteraan, tegen den muur, in schemerklaarte, hingen de poesjenellen, de poppen, de reepen, de blikken muziektoppen, de zweepen met fluitjes, de zakken met glazen marbels, al het diverse speelgoed, dat bontig opkleurde en rammelde door mekaar. En moeder Doxa, dienstvaardig, ging, gelijk naar gewoonte, het trapje op achter den toog. Eene zonderlinge aarzeling bibberde in haren blik. Ze beproefde een nieuwen glimlach. --"A-zoo! mijn jongen," sprak ze, "wat is er tot uwen dienst?" Ik bleef nog een tijdje zwijgen. Antoon scheen over de smuitsterbakjes eene zorgvuldige keus te doen. Ik schudde treurig het hoofd en vatte moedig aan: --"Nu moedertje, wij brengen geen goed nieuws.... Het spijt me zoo!..." Ze sprak niet. Hare oogen werden scherper. De stilte die in het winkeltje kwam spoken was wezenlijk onverdraaglijk. Ik herinner me (hoe bijtend zijn de indrukken soms!) dat, op dit oogenblik, een scheerslijper al roepend voorbij trok. Ik zei: --"Verschrik niet uitermate, moedertje. Zeker, het leven is heel zoet om leven. Maar wat helpt het, als wij zelf meedoen om ons leed te vergrooten, als wij ons zelf den dood op het lijf jagen?... D'ris toch niets aan te veranderen, moedertje Doxa...." Ze was bleek, ineens doodelijk bleek. En de kleine glimlach, die niet weg wilde, werd
PREV.   NEXT  
|<   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   >>  



Top keywords:
jongen
 

moedertje

 

moeder

 
frisch
 

glimlach

 

dienst

 

zorgvuldige

 

muziektoppen

 
tijdje
 
smuitsterbakjes

Antoon

 

scheen

 

fluitjes

 

zakken

 

zwijgen

 

glazen

 

zweepen

 

nieuwen

 

rammelde

 
gewoonte

opkleurde
 

bontig

 
trapje
 

dienstvaardig

 

gelijk

 

mekaar

 

achter

 
beproefde
 
marbels
 

bibberde


zonderlinge
 

speelgoed

 

diverse

 

aarzeling

 

scherper

 

meedoen

 

voorbij

 

roepend

 

Verschrik

 

uitermate


vergrooten

 

doodelijk

 

ineens

 
kleine
 

veranderen

 

scheerslijper

 

oogenblik

 

nieuws

 

brengen

 

treurig