FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66  
>>  
otelijk in zijn kerkboek. Dagelijks moest hij een apart en stichtelijk sermoontje hooren van pater Hilarius, en hij deed het zooals een zieke de siroopdrankjes van den doctor inneemt. Maar zijn groote vrienden waren de kale pater-hovenier en de haar-rijke pater-hotelier. Den pater-hovenier hielp hij de vele tulpen verzorgen in den zymetrieken tuin. Hij reekte en sproeide en weerde het kleine woekerkruid. Ze verstonden malkander goed, ofschoon de oude capucien geen woordje sprak en alles zwijgend te beduiden gaf met bevende gebaren van zijn voorzichtige hand. Te zamen versierden zij met klaterende bloemen de Lente die in den tuin van dag tot dag gulziger aan het leven ging. De pater-hotelier echter zat in het hart van Johan Doxa gelijk op een troon. Hij was ook de majordoom van zijne maag. Hij kon dingen bereiden die de herinnering aan de geuren van de _Curiosity Shop_ geheel uitvaagden. En hij had een wijnkelder. De retraite-verordeningen, zooals de pater-hotelier ze uitvoerde, waren zoet om dragen en indien God-de-Vader uit den hemel op Johan in dien tijd heeft neergezien, dan heeft hij moeten vaststellen dat deze boeteling zich gedwee aan al de gestrengheid der orde-geboden heeft kunnen onderwerpen. Een voortreffelijk berouw was blijkbaar het mystieke sieraad van zijne ziel, want het geweten van Johan Doxa was nu geleedelijk zoo rustig geworden, dat--om het met een stoffelijk beeld uit te drukken--zijne broek buiten alle verhouding te spannen begon. De zevenden dag besloot pater Hilarius zijn familiaire preek met een voorstel dat Johan in verrukking bracht. Hij sprak: --"Ieder moet den Heere loven naar zijne vermogens, mijn zoon. Even eerbiedwaardig als het statige lied van den nachtegaal, klinkt in zijne ooren de drooge roep van den krekel. Al wat ter eere van God opgaat in dank, behaagt Hem uitermate. Daarom dunkt mij, Johan, dat gij zoudt moeten denken aan het werk, waarmede gij Hem naar uwe beste krachten huldigen kunt. Ik meen bij voorbeeld--een schilderij...." De tranen schoten Johan in de oogen. Hij omhelsde den pater niet, omdat hij zelden iets deed, waartoe hij vast was besloten. * * * * * Johan Doxa miek een schilderij. Het moest naar het aanvankelijk ontwerp, worden een beeld ten-voete-uit van den Heiligen Franciscus en het zou op den grooten outer van de Kloosterkapel prijken. Maar het werd een kleine Jesus, blond en rozig, gezeten op een kussen van weidebloempj
PREV.   NEXT  
|<   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66  
>>  



Top keywords:

hotelier

 

schilderij

 

moeten

 

kleine

 

zooals

 

Hilarius

 
hovenier
 

statige

 

nachtegaal

 
geleedelijk

eerbiedwaardig

 

klinkt

 

krekel

 

vermogens

 
drooge
 

geweten

 
geworden
 

zevenden

 

besloot

 

spannen


stoffelijk
 

buiten

 

verhouding

 

familiaire

 

drukken

 
rustig
 

voorstel

 

verrukking

 

bracht

 

otelijk


worden

 

ontwerp

 

Heiligen

 

aanvankelijk

 

waartoe

 
besloten
 

Franciscus

 
gezeten
 

kussen

 

weidebloempj


grooten

 
Kloosterkapel
 

prijken

 

zelden

 

denken

 

waarmede

 
sieraad
 

behaagt

 
uitermate
 
Daarom