?
BURGEM. STOCKMANN. O, het publiek heeft heelemaal geen behoefte aan
nieuwe idees. Het publiek vaart het beste bij de oude, goede, algemeen
gangbare idees die het al bezit.
DR. STOCKMANN. En dat zeg je zoo maar ronduit!
BURGEM. STOCKMANN. Ja, een keer moet ik toch eens ronduit met je
spreken. Tot nu toe heb ik getracht het te vermijden, omdat ik weet hoe
prikkelbaar je bent; maar nu moet ik je de waarheid eens zeggen, Thomas.
Je kunt je niet voorstellen hoeveel kwaad je jezelf doet met je
overijling. Je beklaagt je over de autoriteiten, ja zelfs over de
regeering,... valt die zelfs heftig aan ... houdt vol dat je op zij
gezet en vervolgd wordt. Maar kan je dan iets anders verwachten,...
zoo'n lastig mensch als jij bent.
DR. STOCKMANN. Wat nou ... ben ik lastig ook al?
BURGEM. STOCKMANN. Ja, Thomas, je bent een heel lastig mensch om mee
samen te werken. Dat heb ik ondervonden. Je stapt over alle
consideraties heen; je schijnt heelemaal te vergeten, dat ik het ben aan
wien je je betrekking als baddokter te danken hebt....
DR. STOCKMANN. Dat kwam mij alleen toe! Mij en geen ander! Ik was de
eerste die inzag dat de stad een bloeiende badplaats worden kon; en ik
was de eenige die dat toen inzag. Ik stond alleen en streed voor dat
denkbeeld vele jaren lang, en ik schreef ... schreef....
BURGEM. STOCKMANN. Volkomen waar. Maar toen was het goede oogenblik nog
niet gekomen. Nu, dat kon je daarginder in je uithoek niet beoordeelen.
Maar toen dan eindelijk het geschikte moment gekomen was, toen nam ik
... met de anderen ... de zaak in handen....
DR. STOCKMANN. Ja, en toen verknoeiden jullie mijn heele prachtige plan.
O ja, nu blijkt pas goed wat voor geslepen kerels jullie waart!
BURGEM. STOCKMANN. Naar mijn idee blijkt alleen dat jij weer behoefte
hebt aan een veiligheidsklep voor je strijdlust. Je wilt je superieuren
te lijf;... ouder gewoonte. Je kunt geen macht boven je dulden; je kijkt
een ieder, die een hoogere betrekking heeft, met schele oogen aan; je
beschouwt hem als je persoonlijken vijand,... en terstond is ieder wapen
tegen hem je welkom. Maar nu heb ik je er op attent gemaakt, welke
belangen er voor de stad op het spel staan, en dientengevolge ook voor
mij. En daarom zeg ik, Thomas, dat ik onverbiddelijk ben in den eisch
dien ik van plan ben je nu te stellen.
DR. STOCKMANN. En wat is dat dan voor een eisch?
BURGEM. STOCKMANN. Daar je je mond niet hebt kunnen houden over deze
netelige zaak, te
|