stof te zijn, als de heele compacte
meerderheid zoo gewetenloos kan zijn, dat zij de opkomst van de stad wil
gronden op een slijkbodem van leugen en bedrog.
ASLAKSEN. Zulk een grove beschuldiging mag men een heele maatschappij
niet in het gezicht werpen.
EEN HEER. Ik geef den voorzitter in overweging den spreker het woord te
ontnemen.
LAWAAIIGE STEMMEN. Ja! ja! Juist! Ontneem hem het woord!
DR. STOCKMANN (_opbruisend_). Dan schreeuw ik de waarheid uit op alle
hoeken van de straten. Ik zal in dagbladen van andere plaatsen
schrijven! Het heele land zal weten hoe het hier gesteld is.
HOVSTAD. Het heeft er veel van of de dokter van plan is de heele stad te
ruineeren.
DR. STOCKMANN. Ja, zooveel houd ik van mijn geboorteplaats, dat ik die
liever zou ruineeren, dan ze te zien opbloeien op een leugen.
ASLAKSEN. Dat is sterk!
(_Rumoer en gefluit. Mevr. Stockmann kucht tevergeefs; de dokter hoort
het niet meer_).
HOVSTAD (_roept onder het rumoer door_). De man die den ondergang van
een heele maatschappij wenschen kan, moet een vijand der burgerij zijn!
DR. STOCKMANN (_in stijgende drift_). Daaraan is niets verbeurd dat een
leugenachtige maatschappij te gronde gaat! Die behoort met den grond
gelijk gemaakt te worden, zeg ik! Uitgeroeid als schadelijk gedierte
moesten zij worden allen, die in leugens leven! Ten slotte verpest je
het heele land; je brengt het zoo ver dat het heele land verdient onder
te gaan. En komt het eens zoo ver, dan zeg ik uit het volle van mijn
hart: laat het heele land ten onder gaan; laat het heele volk uitgeroeid
worden!
EEN MAN (_in de menigte_). Dat is de taal van een echten vijand des
volks!
BILLING. Daar klonk, goddome, de stem des volks!
De heele menigte (_schreeuwt_). Ja, ja, ja! Hij is een vijand des volks!
Hij haat zijn land! Hij haat het heele volk!
ASLAKSEN. Ik ben als burger en als mensch diep geschokt door wat ik heb
moeten aanhooren. Dokter Stockmann heeft zich ontpopt op een manier, als
ik nooit had kunnen droomen. Ik moet, helaas, de overtuiging deelen, die
achtenswaardige burgers zoo even uitspraken; en ik meen dat wij aan die
overtuiging uiting moeten geven door een besluit. Ik stel het volgende
voor: "De vergadering verklaart dat zij den badarts, dr. Thomas
Stockmann, beschouwt als een vijand des volks."
(_Stormachtig hoera-roepen en bijval. Een groote kring wordt om dr.
Stockmann gevormd en men fluit hem in zijn gezicht uit. Mevr. Stockmann
en Petra zij
|