recht mijn opinie te zeggen! En ik heb de volle, vaste ...
onbegrijpelijke overtuiging, dat....
VERSCHEIDEN STEMMEN. Stilte daarginder!
ANDERE. Hij is dronken! Gooit hem er uit!
(_De dronken man wordt buiten gezet_).
DR. STOCKMANN. Heb ik het woord?
ASLAKSEN (_luidt de bel_). Dokter Stockmann heeft het woord.
DR. STOCKMANN. Dat had men enkele dagen geleden moeten durven probeeren,
om mij zooals van avond hier den mond te snoeren! Als een leeuw zou ik
gestreden hebben voor mijn heilige menschenrechten! Maar nu kan het mij
niet meer schelen; want nu heb ik over gewichtiger dingen te spreken.
(_De menigte dringt dichter om hem heen, Morten Kiil wordt zichtbaar
tusschen de omstanders_).
DR. STOCKMANN (_gaat voort_). Ik heb veel gepeinsd en nagedacht deze
laatste dagen,... over zooveel loopen peinzen, dat mij het hoofd soms
omliep....
BURGEM. STOCKMANN (_bromt_). Hm...!
DR. STOCKMANN. ... maar zachtjes aan werd alles mij helder; toen zag ik
het verband zoo duidelijk. En daarom sta ik van avond hier. Ik zal
belangrijke onthullingen doen, mijn medeburgers! Ik zal u een ontdekking
meedeelen van veel grooter gewicht dan de kleinigheid dat onze
waterleiding vergiftigd is en ons herstellingsoord op een verpesten
grond ligt.
VELE STEMMEN (_roepen_). Niet over de badplaats spreken! Dat willen wij
niet hooren. Niets daarvan!
DR. STOCKMANN. Ik heb gezegd dat ik spreken wou over de groote
ontdekking die ik in deze laatste dagen heb gedaan,... de ontdekking dat
al onze geestelijke levensbronnen vergiftigd zijn, en dat onze heele
samenleving rust op een door leugens verpesten grond.
VERBLUFTE STEMMEN (_halfluid_). Wat zegt hij?
BURGEM. STOCKMANN. Zulk een insinuatie...!
ASLAKSEN (_met de hand aan de bel_). De spreker wordt verzocht zich te
matigen.
DR. STOCKMANN. Ik heb mijn geboorteplaats zoo lief gehad als een man de
stad waar zijn ouderlijk huis staat maar liefhebben kan. Ik was nog niet
oud toen ik van hier weg ging, en de afstand, verlangen en
jeugdherinneringen legden als een verhoogden glans over de plaats zoowel
als over de menschen.
(_Enkelen applaudisseeren en betuigen bijval_).
DR. STOCKMANN. Toen zat ik lange jaren in een verschrikkelijken uithoek
ver weg in het Noorden. Wanneer ik soms den een of ander ontmoette van
de menschen die daar tusschen de rotsklompen verspreid leven, dan dacht
ik dikwijls dat het voor die arme uitgeputte wezens beter ware geweest
als zij een veearts in pla
|