d heeft altijd het recht aan hare zijde.
BILLING. En ook de waarheid, goddome!
DR. STOCKMANN. De meerderheid heeft nooit het recht aan hare zijde.
Nooit, zeg ik. Dat is een van die maatschappelijke leugens, waartegen
een vrij denkend man zich moet verzetten. Wie zijn het die de
meerderheid der bewoners van een land uitmaken? Zijn dat de knappe
menschen of de domme? Ik vermoed dat wij het daarover wel eens zullen
zijn dat de dommen in een gewoon overweldigende meerderheid over de
heele wijde wereld voorhanden zijn. Maar dat de dommen heerschen over de
verstandigen, dat kan voor den duivel, in der eeuwigheid niet zijn
zooals 't moet.
(_Rumoer en geschreeuw_).
DR. STOCKMANN. Jawel; overschreeuwen kunnen jullie me wel; maar
tegenspreken niet. De meerderheid bezit de _macht_ ... helaas ... maar
het _recht_ bezit zij niet. Het recht heb ik en nog een paar anderen, de
weinigen. De minderheid heeft altijd het recht.
(_Weer geweldig rumoer_).
HOVSTAD. Haha; dokter Stockmann is dus aristokraat geworden sedert
eergisteren!
DR. STOCKMANN. Ik heb gezegd dat ik geen woord verspillen zou aan den
kleinen benauwden, aamborstigen troep, die achtergebleven is. Daarmee
heeft het kloppende leven niets meer te maken. Maar ik denk aan de
weinigen, de enkelen onder ons, die zich al de jonge ontkiemende
waarheden hebben eigen gemaakt. Deze mannen staan als 't ware buiten,
tusschen de voorposten, zoover vooruitgeschoven dat de compacte
meerderheid nog niet tot daar opgerukt is, en daar strijden zij voor
waarheden, die nog te jonggeboren zijn in de wereld van het bewustzijn,
om eenige meerderheid voor zich te kunnen hebben.
HOVSTAD. O, dus nu is de dokter revolutionair geworden?
DR. STOCKMANN. Ja, verdomd, dat ben ik, mijnheer Hovstad! Ik ben van
plan revolutie te maken tegen de leugen, dat de meerderheid in het bezit
van de waarheid zou zijn. Wat zijn dat voor waarheden waaromheen de
meerderheid zich gewoonlijk groepeert? Dat zijn waarheden die zoo'n
hoogen leeftijd bereikt hebben, dat ze op weg zijn van ouderdom in
elkaar te zakken. Maar als een waarheid zoo oud geworden is, dan is zij
ook goed op weg om een leugen te worden, mijne heeren!
(_Lachen en spottende uitdrukkingen_).
DR. STOCKMANN. Ja, ja, je kunt mij gelooven of niet, maar waarheden zijn
volstrekt niet zulke taaie Methusalems als de menschen wel denken. Een
normaal gebouwde waarheid leeft ... laat ons zeggen ... in den regel een
zeventien a achttien, hoogste
|