l_).
DE DRONKEN MAN (_die weer binnen gekomen is_). Doelt dat op mij? Want
ja, ik heet wel Pettersen, maar de duivel zal mij halen....
BOOZE STEMMEN. Er uit met dien dronken kerel! Gooit hem de deur uit!
(_De man wordt er weer uitgegooid_).
BURGEM. STOCKMANN. Wie was dat?
EEN NABIJSTAANDE. Ik ken hem niet, Burgemeester.
EEN ANDER. Hij is niet hier van daan.
EEN DERDE. Ze zeggen dat 't een houtkooper is uit.... (_de rest
onhoorbaar_).
ASLAKSEN. De man had blijkbaar te veel Beijersch bier gedronken.... Ga
voort, dokter, maar doe toch alsjeblieft uw best om u wat te matigen.
DR. STOCKMANN. Nu, goed dan, mijn medeburgers; ik zal mij niet verder
uitlaten over onze leidsmannen. En mocht iemand afleiden uit wat ik zoo
even gezegd heb, dat ik deze heeren hier van avond te lijf wil, dan
heeft hij het mis ... glad mis. Want ik troost mij met de weldadige
gedachte, dat die oudelui uit een wegstervende gedachtenwereld, zich
zelf op zoo'n uitstekende manier uit den tijd helpen; zij hebben er niet
eens een dokter bij noodig om hen zoo gauw mogelijk naar het graf te
doen verhuizen. En het is ook niet die soort van menschen die het
grootste gevaar voor de samenleving opleveren; niet _zij_ zijn het die
het meeste bijdragen om onze geestelijke levensbronnen te vergiftigen en
den grond onder onze voeten te verpesten; niet _zij_ zijn de
gevaarlijkste vijanden van waarheid en vrijheid in onze maatschappij.
GEROEP VAN ALLE KANTEN. Wie dan? Wie zijn het dan? Noem ze dan!
DR. STOCKMANN. Ja, je kunt er op aan, dat ik ze noemen zal! Want dit is
juist de groote ontdekking die ik gisteren gedaan heb (_met
stemverheffing_). De gevaarlijkste vijanden van waarheid en vrijheid
onder ons, dat zijn zij, die de compacte meerderheid uitmaken.
(_Geweldig rumoer in de zaal. De meesten schreeuwen, stampen en fluiten.
Enkele oudere heeren wisselen ter sluiks blikken en schijnen zich te
amuseeren. Mevr. Stockmann staat angstig op; Ejlif en Morten gaan
dreigend op de schooljongens af die leven maken. Aslaksen luidt de bel
en maant tot kalmte. Hovstad en Billing praten samen, zonder dat men hen
verstaat. Eindelijk wordt het weer stil_).
ASLAKSEN. De voorzitter verwacht dat de spreker zijn ondoordachte
woorden zal terugnemen.
DR. STOCKMANN. Nooit van mijn leven, mijnheer Aslaksen. Het is de groote
meerderheid in onze samenleving, die mij mijn vrijheid ontneemt en mij
wil verbieden de waarheid uit te spreken.
HOVSTAD. De meerderhei
|