t zoo? Indien ik misschien ietwat
angstvallig vast houd aan mijn prestige, dan geschiedt dat ten bate van
de stad. Zonder moreel overwicht kan ik de zaken niet zoo besturen en
leiden als ik het dienstig acht ten beste van allen. Daarom ... en ook
om verschillende andere redenen ... is er mij zeer veel aan gelegen dat
je rapport niet aan de directie der badinrichting wordt ingeleverd. In
het belang van het algemeen welzijn moet dat achtergehouden worden. Ik
zal dan later de zaak in discussie brengen en wij zullen in alle stilte
doen wat mogelijk is. Maar er mag niets ... geen enkel woord ... van
deze fatale zaak openbaar gemaakt worden.
DR. STOCKMANN. Ja, dat zal je toch niet kunnen verhinderen, mijn waarde
Peter.
BURGEM. STOCKMANN. Het moet en zal verhinderd worden.
DR. STOCKMANN. Dat gaat niet, zeg ik je. Er zijn er al te veel die er
van weten.
BURGEM. STOCKMANN. Er van weten? Wie? Toch niet die heeren van de
"Volksbode"?
DR. STOCKMANN. O ja, die ook. De vrijzinnige onafhankelijke pers zal er
wel voor zorgen dat jullie je plicht doet.
BURGEM. STOCKMANN (_na een korte pauze_). Je bent toch een ongelooflijk
onbesuisd mensch, Thomas. Heb je dan niet bedacht wat voor gevolgen dat
zou kunnen hebben voor jou zelf?
DR. STOCKMANN. Gevolgen? Gevolgen voor mij?
BURGEM. STOCKMANN. Voor jou en je gezin....
DR. STOCKMANN. Wat duivel beteekent dat?
BURGEM. STOCKMANN. Ik geloof dat ik altijd een bereidwillige en
behulpzame broer voor je geweest ben.
DR. STOCKMANN. Ja, dat ben je; en daarvoor zeg ik je dank.
BURGEM. STOCKMANN. Niet noodig. Voor een deel ben ik er ook genoodzaakt
toe geweest om mijn zelfs wil. Ik heb altijd gehoopt dat ik je
eenigermate in toom zou kunnen houden, als ik je hielp je financieele
positie wat te verbeteren.
DR. STOCKMANN. Wat? Deed je dat dus alleen voor je zelf...?
BURGEM. STOCKMANN. Gedeeltelijk, zeg ik. Het is pijnlijk voor een
ambtenaar als zijn naaste betrekkingen zich telkens weer
compromitteeren.
DR. STOCKMANN. En je vindt dus dat ik dat doe?
BURGEM. STOCKMANN. Ja, helaas, doe je dat, zonder dat je het weet.
En dan je onzalige neiging om in 't openbaar over alle mogelijke en
onmogelijke dingen te schrijven. Niet zoodra krijg je een inval,...
of terstond moet je er een courantenartikel of een heele brochure over
schrijven.
DR. STOCKMANN. Ja maar, is het dan niet de plicht van een staatsburger
om het aan het publiek mee te deelen wanneer hij een nieuw idee heeft
|