terug raaskallen. En ze bekeek de zoldering met
wijd-open oogen.
--Geen geld....
Ze meende endelijk een oplossing gevonden te hebben, en ze genas. Ze
schreef aan Madeleen dat ze komen moest. Madeleen en kwam niet. Ze
schreef opnieuw. Ze zou Madeleen omkoopen, haar eene ronde somme geven,
als ze Romaan loslaten wou. En Madeleen en antwoordde niet. Ze begon
weer te wanhopen en te klagen, en moest weer een paar dagen neerliggen.
Rik kon haar opbeuren. Hij verzekerde haar dat het allemaal jeugdige
zotternijen waren, en dat die vuurkens fluks uitvlammen zouden. Hij wist
dat de jongen en 't meisje tegenwoordig ongehuwd reeds samenleefden op
eene gemeubeleerde kamer, en die tortelliefde zou haren gang gaan, en
naderhand zou Romaan boetveerdig terug keeren.
--Ze zullen trouwen....
--Zij en zullen niet trouwen.
Waarom zouden ze trouwen? Ze hadden zoo al hun volle pleizier.
--De plodde zal aandringen....
--Zij en doet.
Hij sprak kort. Ze herwon een beetje betrouwen en liet zich genezen.
Maar zij en kon sindsdien niet ten volle meer hare zaken bewerken. Al
hoopte ze stilaan dat Romaan de meid ten langeleste verlaten zou, ze
bleef bij haarzelve klagen over 't verlies van haren zoon, en de handel
leed door hare dagelijksche onachtzaamheden. Albien, die 't wel merkte,
stelde schuchter voor het huis aan een opvolger over te laten. Ze wilde
hier echter niets van hooren, en werd buitengewoon ieverig.
--Denk niet meer aan hem, zei Albien, die er gestadig aan dacht.
--Ja, zei Ursule.
En ze dacht aan hem. Ze deed hem beloeren. Ze stuurde ook altemets
Goedele, en vernam aldus dat Romaan in waarheid ongehuwd bleef en
gemeenzaam leefde met Madeleen en tante Olympe. Hij had ook altijd
gesproken van vrije liefde en nieuwe zeden. Zij was nu tevreden, omdat
hij die dwaze gedachten behouden had. Ze kreeg verder te wete dat hij
als ingenieur aan een bronsfabriek verbonden was, en het stilde haar in
hare moederlijke bezorgdheid; hoe danig zij ook deze bezorgdheid met
sterke beredeneeringen wilde versmooren, zij was bezorgd, tegen wil en
dank zich moeder voelende.
Een nieuw voorval wierp haar ten derde male te bed. Madeleen beviel van
een dochterken. Meteen verzonk haar laatste hoop, want ze wist dat
Romaan nu voor altijd vastegeklonken lag. Ze wilde Rik's noch Albien's
troost ontvangen en Goedele ook moest verwijderd blijven. Van dien dag
af begon de koffiehandel te slabakken. Er ontstonden onlusten onder de
werklieden,
|