"Vooruit, zachtjes aan!"
De Vaudreuil wendt haar achtersteven naar de stad, die weldra uit
onze oogen verdwijnt.
Het is voor den zeeman altijd een moeilijk oogenblik, als hij
een haven moet verlaten, waar hij lang genoeg heeft vertoefd om
met sommige personen vriendschapsbetrekkingen aan te knoopen. Wij
hadden verscheidene goede vrienden, hetzij te Callao, hetzij te Lima,
en vooral aan hunne welwillendheid hadden wij het te danken dat wij
aangename herinneringen medenamen van de voornaamste haven en van de
hoofdstad van Peru. Het zij mij vergund, hier nogmaals openlijk mijn
dank uit te spreken voor de vele genoegelijke uren, die wij met hen
hebben doorgebracht.
De lange reis door de archipels van Polynesie begon. Ik voor mij
was hartelijk verheugd, dat mij aldus eene uitmuntende gelegenheid
geboden werd om nader kennis te maken met deze nog zoo weinig bekende
streken. Ik had voor dien tijd, in 1869, slechts eenige weken op
Tahiti vertoefd.
Den 1sten Mei, bij zonsondergang, zagen wij uit of wij land konden
ontdekken. Maar de duisternis, die tusschen de keerkringen zoo snel
invalt, noopte ons aldra onze nasporingen te staken. Eenige uren
later werden wij aan bakboord een vuur gewaar. "Dat is een schip,"
zeiden wij tot elkander; intusschen, toen wij nader kwamen, werd het
telkens duidelijker dat de sterke lichtglans, dien wij aanschouwden,
het gevolg was van een geweldigen brand. Uit den blakenden gloed
stijgen reusachtige vlammen, wier roode tongen zich kronkelend in
de lucht verheffen: te midden der diepe nachtelijke duisternis en
storelooze stilte, is de aanblik van dezen verren brand aangrijpend
schoon; die bewegelijke roode plek, daar aan den zwarten horizon, maakt
een zonderlingen, spookachtigen indruk. Volgens onze waarnemingen,
moet de brand woeden op de hoogten van kaap Balguerie, ten oosten van
het eiland Hiwa-Oa. Wij richten onzen koers naar die vreemdsoortige
vuurbaak, die waarschijnlijk door de onvoorzichtigheid van een
of anderen Kanak is ontvlamd; en den geheelen nacht varen wij met
volle zeilen door het breede en lange kanaal, dat de zuidoostelijke
eilandengroep van de noordwestelijke scheidt.
Met het aanbreken van den dag is de zuidelijke kust van het eiland
Oea-Oeka in het gezicht. De hooge bergen van het naburige eiland
Noekoe-Hiwa, het doel van onzen tocht, teekenen zich in flauwe
omtrekken aan den horizon. Wij varen dicht voorbij kaap Saint-Martin
(bij de inlanders, Tikapo geheeten), di
|