, dan zal het ook niet in overeenstemming blijven met de zon."
"Des te erger voor de zon, mijnheer! Zij is aan het kortste eind!"
En de brave knecht borg met eene fiere beweging zijn horloge weer in
zijn vestjeszak.
Eenige oogenblikken daarna begon Fix weer:
"Gij hebt dus Londen zeer overhaast verlaten?"
"Nu, dat geloof ik! Laatstleden woensdag avond tegen acht uur. Tegen
alle gewoonten in, kwam mijnheer Fogg op dat uur van zijn club terug
en om negen uur waren wij al op weg."
"En waar gaat u meester dan naar toe?"
"Altijd maar vooruit! Hij maakt de reis om de wereld!"
"De reis om de wereld?" herhaalde Fix.
"Ja, in tachtig dagen! Een weddenschap zooals hij beweert, maar
onder ons gezegd, geloof ik er niets van. Dat zou toch wat al te
dwaas zijn. Er steekt wat anders achter."
"Zoo; dan is 't een zonderling, die mijnheer Fogg."
"Dat zou ik denken."
"Hij is dus rijk?"
"Dat blijkt, en hij neemt een aardig duitje met zich mede, in geheel
nieuwe banknoten. Hij ziet ook op geen geld onder weg. Begrijp
eens! hij heeft een prachtigen prijs uitgeloofd aan den machinist
der Mongolia, als wij voor den vastgestelden tijd te Bombay aankwamen!"
"En gij zijt al lang bij uw meester?"
"Ik!" antwoordde Passepartout, "ik ben pas den dag van ons vertrek
in zijn dienst getreden."
Men kan gemakkelijk begrijpen welk een indruk deze mededeelingen
te weeg brachten op den reeds overspannen geest van den inspecteur
van politie.
Dat overijlde vertrek uit Londen even na dien verbazend grooten
diefstal, en daarbij de haast om in verafgelegen landen te komen, dat
alles onder voorwendsel van een dwaze weddenschap, paste zoo volkomen
in elkaar, dat het Fix wel in zijn vermoeden moest versterken. Hij
deed den Franschman nog meer vertellen en verkreeg de zekerheid,
dat de knecht zijn meester volstrekt niet kende, dat Fogg zeer op
zich zelf te Londen leefde, en dat men den gentleman voor rijk hield,
zonder te weten waarmede hij zijn rijkdom verkregen had, dat het een
raadselachtig man was enz. Maar tegelijkertijd mocht Fix de zekerheid
erlangen dat Phileas Fogg niet te Suez aan land ging maar werkelijk
naar Bombay reisde.
"Is Bombay nog ver af?" vroeg Passepartout.
"Vrij ver," antwoordde de inspecteur, "nog ongeveer tien dagen
zeereis."
"En waar ligt Bombay?"
"In Indie."
"In Azie?"
"Natuurlijk."
"Lieve hemel! Weet ge ... daar is iets dat mij geweldig hindert
... mijn kraan!"
"Welke kraan?"
"Mi
|