o!
Het ging my, zo als de Eerwaarde van der Kwast plagt te zeggen: _de
Conscientie is de Klapperman uit de hartestraat, die de menschjes
waarschuwt voor den brand van de Hel_. Gelukkig, dat myn oude mensch
niet te diep was ingeslapen; och! dat was regt dierbaar.
Verberg toch alles, om der Vromen wille. Gy kent de diepten des Satans.
Mag ik morgen by je komen, en dan blyven op 't geen je maar hebt?
Schryf my dit, of ik verval tot wanhoop.
Uwe zwakke Zuster,
CORNELIA SLIMPSLAMP.
HONDERD-DERTIENDE BRIEF.
DE BROEDER BENJAMIN AAN MEJUFFROUW CORNELIA SLIMPSLAMP.
_Zusje Lief!_
Ik begryp je! Wees gerust: om u sta ik den Duivel. Ik heb het zeer
druk in myn werk, doch kom morgen; ik ben al verzogt. Alles is om het
hare, en om u.
_Gy kent my_.
HONDERD-VEERTIENDE BRIEF.
MEJUFFROUW ZUZANNA HOFLAND AAN MEJUFFROUW CORNELIA SLIMPSLAMP.
_Keetje Zusje!_
Wat is er een pakje van myn hart! Neen, dat kon ik niet doen, myn
geweten wilde niet. Nu is 't weer licht by my; ik heb alles verbrant.
Kom tog vroegjes: och! ik ben zo ontstelt geweest. Nu, Bregtje zal
_het Gemeste Kalf_ slagten, omdat ik myne Zuster heb weer gevonden,
die in 's Duivels hol gezeten heeft. Broertje komt ook, hy is zo
gemoedelyk in zulke dingetjes. Zo komt het goed uit het kwaad; en nu
is myne ziel weer gebonden aan uwe ziel: niet waar?
Uwe Zuster in den Here,
Z. HOFLAND.
HONDERD-VIJFTIENDE BRIEF.--Smit aan Willem Willis; spoedig zijn ze
zwager. Hij heeft Aletta Brunier gezien en gesproken: _net een meisje
voor Willem!_--Willem's patroon spreekt heel gunstig over hem.
HONDERD-ZESTIENDE BRIEF.
DE HEER R. AAN DEN HEER G.
_Jan lief!_
Haal my de Satan! ik ben nog even wys! ja, ik zie het hexje nu en dan;
ik heb ook met haar op het Concert geweest; maar ik ben nog even na,
als toen ik begon. Hoe moet ik het aanleggen? _Liflaffen_?[1] dan
lachte zy my van myn stuk; haar met een stemmig bakkes zeggen, _dat ik
haar bemin_? Och! dat gaat haar niet eens aan haar koude kleeren, (zo
als de meisjes zeggen.) Had ik haar maar ergens, daar myn haan koning
kraait, dan zou 't proces spoedig aflopen: en zy zal niet zot genoeg
zyn, om zich te durven inbeelden, dat ik een Burgers Dochter zal
trouwen. _Sultane Favorit
|