ad, Billing en Horster zijn van tafel opgestaan en komen in de
huiskamer. Ejlif en Morten komen even daarna_).
BILLING (_rekt zich uit_). He, na zoo'n souper voel je je goddome een
ander mensch.
HOVSTAD. De burgemeester was niet erg in zijn knollen-tuin vandaag.
DR. STOCKMANN. Dat komt van zijn maag. Hij lijdt aan slechte
spijsvertering.
HOVSTAD. Ik denk dat voornamelijk wij, van de "Volksbode", hem wat zwaar
in de maag liggen.
MEVR. STOCKMANN. U is er toch nog al goed afgekomen bij hem, dunkt me.
HOVSTAD. O jawel, maar dat is maar een soort van wapenstilstand.
BILLING. Dat is het! Dat woord teekent den toestand.
DR. STOCKMANN. Wij moeten bedenken dat Peter een eenzaam levend mensch
is, de stakkerd! Hij heeft geen eigen thuis waar hij het gezellig hebben
kan; hij heeft altijd maar zaken, zaken. En al die verdomde slappe thee,
waar hij zich mee vol giet. Komt jongens, schuift toch stoelen bij de
tafel! Katrine, krijgen we nu de grog?
MEVR. STOCKMANN (_naar de eetkamer gaande_). Ik zal ze je dadelijk
geven.
DR. STOCKMANN. En gaat u nu op de canape zitten, kapitein. Een zeldzame
gast als u.... Alsjeblieft, neemt plaats, vrienden.
(_De heeren gaan om de tafel zitten. Mevr. Stockmann brengt een blad met
een bouilloir, glazen, karaffen enz_).
MEVR. STOCKMANN. Ziedaar; hier is arak, en dit is rhum; en hier staat
cognac. Nu moet ieder zich zelf maar bedienen.
DR. STOCKMANN (_neemt een glas_). Ja, dat zullen we hebben (_terwijl de
grog gemengd wordt_). En dan de sigaren. Ejlif, jij weet wel waar het
kistje staat. En jij, Morten, moest mijn pijp eens halen (_de jongens
gaan in de kamer rechts_). Ik verdenk Ejlif dat hij wel eens een sigaar
kaapt nu en dan, maar ik doe alsof ik niets merk (_roept_). En ook mijn
kalotje, Morten! Katrine, kan jij hem niet eens zeggen waar ik het heb
neergelegd. O, hij heeft het al! (_de jongens brengen het verlangde_).
Asjeblieft, vrienden. Ik hou mij bij mijn pijp zooals je weet. Die heeft
al heel wat tochten in stormweer met mij meegemaakt, daarginder in 't
Noorden (_klinkt_). Op je welzijn! Jongens, het is toch heel wat beter
om hier warm en rustig te zitten, hoor!
MEVR. STOCKMANN (_breiend_). Zeilt u al gauw weer uit, kapitein?
HORSTER. In de volgende week denk ik hier klaar te komen.
MEVR. STOCKMANN. En dan gaat u immers naar Amerika?
HORSTER. Ja, dat is het plan.
BILLING. Maar dan kan u niet meedoen aan de nieuwe verkiezingen.
HORSTER. Zijn hier dan ni
|