het hem volstrekt niet kwalijk, dat hij
schrijft voor den kring van lezers bij wie hij de meeste instemming kan
verwachten. Overigens heb ik persoonlijk geen reden om iets tegen uw
blad te hebben, mijnheer Hovstad.
HOVSTAD. Neen, dat dunkt mij ook.
BURGEM. STOCKMANN. Over het geheel genomen heerscht er een mooie geest
van verdraagzaamheid in onze stad;... een waarlijk goede
gemeenschapsgeest. En dat komt daar vandaan dat wij ons om een groot
algemeen belang vereenigen kunnen,... een belang dat in gelijke mate
alle rechtschapen burgers aangaat....
HOVSTAD. De badinrichting, ja.
BURGEM. STOCKMANN. Juist. Wij hebben allen onze groote, nieuwe,
prachtige badinrichting. Let op! De baden worden hier nog de voornaamste
bron van inkomsten voor de stad, mijnheer Hovstad. Zonder eenigen
twijfel!
MEVR. STOCKMANN. Dat zegt Thomas ook.
BURGEM. STOCKMANN. Wat is de plaats niet reusachtig vooruitgegaan deze
laatste paar jaren! Er is geld onder de menschen gekomen; leven en
beweging. Gebouwen en grondeigendommen stijgen iederen dag in waarde.
HOVSTAD. En de werkeloosheid vermindert.
BURGEM. STOCKMANN. Dat ook, ja. De armenlasten zijn voor de bezittende
klasse in verblijdende mate verminderd, en dat zal nog beter worden, als
wij dit jaar maar een mooien zomer krijgen;... een massa vreemdelingen
en veel zieken waardoor de inrichting bekend wordt....
HOVSTAD. En daar is wel uitzicht op, hoor ik.
BURGEM. STOCKMANN. Het ziet er veelbelovend uit. Iederen dag komen er al
aanvragen om woningen en zoo al meer.
HOVSTAD. Nu, dan komt het artikel van den dokter juist van pas.
BURGEM. STOCKMANN. Heeft hij nu weer wat geschreven?
HOVSTAD. Het is iets dat hij verleden winter al schreef; een aanbeveling
van de badinrichting, een uiteenzetting van den gunstigen
gezondheidstoestand hier bij ons. Maar toen liet ik het stuk liggen.
BURGEM. STOCKMANN. Aha, dan was er zeker het een of ander niet in den
haak?
HOVSTAD. Neen, dat niet; maar ik hield het voor beter er mee te wachten
tot 't voorjaar; want nu beginnen de menschen voorbereidselen te maken
en te denken over een zomerverblijf....
BURGEM. STOCKMANN. Zeer juist; buitengewoon juist gezien, mijnheer.
MEVR. STOCKMANN. Ja, Thomas is waarlijk onvermoeid waar het de
badinrichting betreft.
BURGEM. STOCKMANN. Nu ja, hij is er dan ook bij aangesteld.
HOVSTAD. Ja, en dan is hij het toch ook, die er den eersten stoot aan
heeft gegeven.
BURGEM. STOCKMANN. Is _hij_ dat
|