FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96  
97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   >>   >|  
dan of het onschadelijke hagedissen waren. Het was tijd deze zonderlinge vromen zich in staat te laten stellen in den Kailas te komen, die het paradijs van Brahma is. Wij begaven ons dus langs het strand van den Phalgou naar het kamp terug. Het ontbijt vereenigde ons allen aan tafel en het overige van dien dag, die buitengewoon warm geweest was, ging zonder bijzondere toevallen voorbij. Kapitein Hod doorkruiste tegen den avond de omringende vlakte en bracht eenig klein wild mede. In dien tijd hernieuwden Storr, Kalouth en Goumi den voorraad water en brandstof want het plan bestond om den volgenden morgen met het krieken van den dag te vertrekken. Ten negen ure 's avonds hadden wij allen onze kamers bereikt. Een zeer kalme, maar vrij donkere nacht was in aantocht. Dikke wolken hielden de sterren verborgen, en maakten den dampkring zwaar. Het was nog even warm, zelfs met het ondergaan der zon. De temperatuur was zoo drukkend, dat ik eenige moeite had om in te slapen. Door mijn opengelaten venster drong een heete lucht naar binnen, die mij zeer ongeschikt toescheen voor de geregelde werking der longen. Het was middernacht en ik had nog geen oogenblik rust genoten; toch had ik het stellige plan gemaakt drie of vier uren voor ons vertrek te slapen, maar ik was ook zoo dwaas den slaap te willen dwingen en juist daarom ontvlood hij mij. De wil kan er niets aan doen, integendeel. Het zal omstreeks een uur van den morgen geweest zijn, toen ik een dof geruisch meende te hooren, dat zich langs de oevers van den Phalgou verspreidde. Eerst kwam de gedachte bij mij op dat, onder den invloed van een zeer met electriciteit verzadigden dampkring, een stormwind in het westen begon op te steken. Ook deze wind zou zeker wel brandend zijn, maar hij zou misschien toch de luchtlagen verplaatsen en misschien eenige koelte verspreiden. Ik bedroog mij. De takken der boomen, die het kamp beschutten, bleven volkomen onbeweeglijk. Ik stak het hoofd buiten mijn venster en luisterde. Het verre geruisch deed zich opnieuw hooren, maar ik zag niets. Het watervlak van den Phalgou was volkomen duister, zonder een van die trillende lichtpuntjes, die de minste beweging aan de oppervlakte gewoonlijk doet ontstaan. Het geruisch kwam noch van het water noch uit de lucht. Intusschen merkte ik niets verdachts op. Ik ging dus weder naar bed en door vermoeienis overmand, viel ik in een lichte sluimering. In zekere tusschenpoozen kwamen nog e
PREV.   NEXT  
|<   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96  
97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   >>   >|  



Top keywords:
Phalgou
 

geruisch

 

dampkring

 
morgen
 

venster

 

hooren

 
misschien
 

volkomen

 

slapen

 
eenige

geweest

 

zonder

 

electriciteit

 
verzadigden
 
dwingen
 

willen

 

invloed

 

ontvlood

 
daarom
 

stormwind


westen

 

steken

 

stellen

 

vromen

 

omstreeks

 

meende

 

gedachte

 

verspreidde

 

zonderlinge

 

brandend


oevers

 

integendeel

 
verspreiden
 

Intusschen

 

merkte

 
verdachts
 

ontstaan

 

beweging

 

oppervlakte

 

gewoonlijk


zekere

 

tusschenpoozen

 
kwamen
 

sluimering

 

lichte

 
vermoeienis
 

overmand

 
minste
 
lichtpuntjes
 
takken