FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   384   385   386   387   388   389   390   391   392   393   394   395   396   397   398   399   400   401   402   403   404   405   406   407   408  
409   410   411   412   413   414   415   416   417   418   419   420   421   422   423   >>  
Weg is de bloedhertog: Slaat op de glorietrom, Slaat op de krijgstrom! Leve de Geus! Thans schreeuwt hij den duivel toe: "Koop Mijn hondsche ziel voor een uur kracht". "Uw ziel, roept de duivel, Uw ziel of een boestring, dat 's eender." Geen tand past op een tand. De harde brokken moest ge maar laten. Weg is de bloedhertog: Leve de Geus! De straathondjes, scheef, scheel, schurftig, Die leven en krepeeren op vuilnishoopen, Heffen hun poot op, beurt om beurt, Naar hem, die doodde uit moordzucht.... Leve de Geus! "Hij hield van vrouw noch vriend, Van vreugd, noch zon, noch meester, Slechts van de Dood, zijn bruid, Die hem de pooten knakte, Tot blijdans voor de bruiloft; Want heele menschen lust ze niet. Slaat op de vreugdtrom. Leve de Geus!" En de straathondjes mank, Scheef, schurftig en scheel, Heffen nog eens den poot op Dat het ziedt en zout, En met hen brakken en winden, Rekels van Hongarije, Van Brabant, Namen en Luxemburg. Leve de Geus! En triestig, met schuimmuil, Krepeert hij voor zijn meester, Die hem schopt met den voet, Wijl hij te weinig beet. Ter helle huwt hij Dood. Hem heet zij: Mijn hertog; Hij haar: Mijn inquisitie. Leve de Geus! Klare klokken, klinkt, Beiaard, schater uw deuntjes uit; Rinkelt, roomers en bottels: Leve de Geus! * * * * * VIJFDE BOEK. I. Als Lamme's monnik gewaar werd, dat de Geuzen geenszins zijnen dood wilden, doch een rantsoen voor hem eischten, begon hij het hoofd op te steken. --Ziet, zeide hij, terwijl hij met woede op het dek stapte en schuddebolde, ziet in welken afgrond van vuile, zwarte en afgrijselijke gruwelen ik gevallen ben, toen ik den voet in deze verdoemde kuip zette. Zoo ik hier niet was, zou ik, gezalfd door den Heer.... --Met hondenvet? vroegen de Geuzen. --Honden zijt gij zelven, antwoordde de monnik, zijne rede vervolgend, ja, schurftige, drekkige straathonden, met het vel over de beenderen, die het lustige pad van Onze Moeder, de Heilige Roomsche Kerk, hebt verlaten om de schrale wegen van uwe havelooze Hervormde Kerk in te slaan. Ja! ware ik hier niet op uwen klomp, lang reeds had de Heer, Onze God hem doen verzwelgen in den diepsten afgrond der zee, met u, uw vermaledijde wapenen, uwe duivelsche do
PREV.   NEXT  
|<   384   385   386   387   388   389   390   391   392   393   394   395   396   397   398   399   400   401   402   403   404   405   406   407   408  
409   410   411   412   413   414   415   416   417   418   419   420   421   422   423   >>  



Top keywords:

Heffen

 
scheel
 
afgrond
 

meester

 

schurftig

 

straathondjes

 

Geuzen

 

monnik

 

bloedhertog

 

duivel


zijnen

 
gevallen
 

gezalfd

 
geenszins
 
verdoemde
 

gruwelen

 

welken

 

terwijl

 

stapte

 

schuddebolde


eischten

 

rantsoen

 

steken

 

zwarte

 

afgrijselijke

 
wilden
 

lustige

 

havelooze

 

Hervormde

 
vermaledijde

wapenen

 

duivelsche

 

verzwelgen

 

diepsten

 
schrale
 

verlaten

 

vervolgend

 
antwoordde
 

zelven

 

vroegen


Honden
 

schurftige

 

drekkige

 

Moeder

 

Heilige

 

Roomsche

 

straathonden

 

beenderen

 

hondenvet

 
vriend