FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106  
107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   >>  
ken binst dat 't deugt en de weken zijn zoo drommels lang om verluieren. --Waar rijden we? --Waar ge wilt. Wel we schikken dat als we te peerde zitten. --Goed, hoe late? --Doppe na 't eten, 't is anders te gauw donker. Ik kom u halen. --Goed, na 't eten. Ze gingen elk zijnen weg. Een zware stap klinkend over den vervrozen grond en de blauwe damp dwarrelde als pluimkes altijd nieuw uit hunne pijp achter hun hoofd weg. Het land lag vlak als een kale vloer, grof verbrokkeld en gedeeld in wintervoren; en de harde haardkluiten, overpoeierd met lichten sneeuwmijzel, glinsterden in de nabijheid en bleekten verder uit in grijze eentonigheid. De lucht daarboven zat vaal zonder zon of kleur, triestig en eindeloos. Overal eenzame, uitgestorvene rust van liggend doode land. De hoven daarin stonden zeldzaam met naakte boomen verzaaid over de wereldvlakte. De wegen zelf waren half verwischt en lagen in hun kronkeligen kruisloop, oud, doorkorven met wagenslagen, gerimpeld als doodvergane, nuttelooze dingen. Daardoor stapte Odo onverschillig voort, met de leegheid der blekkende lucht en grijze omgeving die hij onbewust drukken voelde op zijn gemoed, zonder gedachten stappend uit gewoonte, over dezelfde baan, op denzelfden tijd, lijk elken zondagmorgen, zonder nieuws of verandering eentonig. Ginder herkende hij zijn hof in de verte: de oude, zwaar staande daken, wit berijmd onder den berijmden hemel, op de sombere muren die zwart vlekten tegen den grijzen grond; heel de doening stond lijk gedroomd en gereed te vergaan, te smelten in 't overwegend wintergrijs, verdrietig om zien. Dingen uit het dorp kwamen nog in zijn gedacht, de hardklinkende, lachgalmende woorden van daareven in de herberg hoorde hij hier stikken over de verre vlakte heen. De menschen zag hij van rond zich uit de kerk, de aangezichten van makkers, het leutig, lief smoeltje van Leentje en den walmende tabaksdamp overal op. De doode dingen ook uit de verledene week kwamen in zijn gedacht: doffe, kleine gebeurtenissen van alle dagen, avonden gesleten bij Andre en zijne zuster Ida en elders op andere hoven in de buurt. En met Ida kwam heel den geleidelijken sleep van hunne lange kennis en verkeer en hij dacht aan dat meisje dat eens moest komen zijne vrouw te worden op 't hof, maar dat was 't einde, dat stond verre nog, heel ver en onvast, uitgesteld als een lastig, moeilijk ding waar hij nog niet durfde mede bezig zijn omdat het heel den gemakkelijken sleu
PREV.   NEXT  
|<   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106  
107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   >>  



Top keywords:
zonder
 

dingen

 
gedacht
 
kwamen
 

grijze

 

vlakte

 

Dingen

 

daareven

 

woorden

 
lachgalmende

herberg

 

hoorde

 
stikken
 
hardklinkende
 
gedroomd
 

staande

 
berijmd
 
herkende
 

zondagmorgen

 

nieuws


verandering

 

Ginder

 

eentonig

 

berijmden

 

vergaan

 
gereed
 
smelten
 

overwegend

 

verdrietig

 

wintergrijs


doening
 
sombere
 

vlekten

 

grijzen

 
Leentje
 
worden
 

meisje

 

kennis

 

verkeer

 
durfde

gemakkelijken

 

uitgesteld

 

onvast

 
lastig
 

moeilijk

 
geleidelijken
 

walmende

 

smoeltje

 

tabaksdamp

 

overal