FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108  
109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   >>  
keek bezijds naar de gedekte tafel en naar moeder, die den blik verstond, hij lonkte naar het uurwerk, stond op en zette zich bij tafel. --Julie, 't is tijd, we gaan eten. Het meisje ging eerst aan 't venster kijken over de werf en riep naar Jan voor 't noengetij. De kerel kwam allichte binnen, zette zich op de bank bij tafel, nam zijne muts in de handen en las zijne gebeden. De anderen ook kwamen bij en mieken een kruis. Julie diende de soep op in een bruinen eerden kom die dampte en zij schepte met den ijzeren pollepel de borden vol. Zonder spreken, zonder opzien, elk gebogen over tafel, namen zij met gelijke beweging van den arm, de soep met lepels binnen. Het getik van ijzer en geschreep op gleier miek 't eenig gerucht. Als de kom uit was, rekte Odo weer de armen open en keek naar zijne zuster en naar den pot op den heerd, wachtend om 't andere. Ze bracht de dampende aardappels en gebraden zwijnsvleesch en schonk de glazekes vol bier. Nu hernamen zij het eten met de vorke en het mes, zonder haast of zichtbaren smaak of genot, snijden en stekken en binnenhalen, als gewone, onverschillige bezigheid. Moeder knabbelde lastig haren kost en herkauwde en peuzelde en hielp met bevende handen haren tandeloozen mond. Ze bekeek al de stukjes eer ze binnen te moffelen met weifelende meening, in beraad of ze wilde uitscheiden of voortdoen heur lastigen maaltijd. En Odo merkte het niet omdat hij met 't zijne alleen bezig was en hij at met knappe beten gestadig voort, om gedaan. Als 't uit was deden zij hun dankgebed en namen hunne gewone plaats weer in bij den heerd. Jan haalde zijn zwart berookt pijpken uit den ondervestezak, vulde het en nam vuur uit de assche. Moeder zette zich in den ouden leunstoel te tukkebollen. Julie liep over den vloer, haakte den moor met warm water van den hangel en ging in 't achterhuis de schotels wasschen. Odo zat en keek naar de zolderribben, naar den top van zijne kloefen, op 't gewiebel van 't vlammeken in den heerd en op de blauwe walmkes van Jan zijne pijp. En als die walmkes verminderden en achterbleven en 't laatste met een blaas als een uitsproeiend aschfonteintje door den bak opvloog, zei Odo, alsof hij met alle geduld naar 't einde gewacht had: --Jan, doe dan Baai gereed, smeer zijne hoeven en leg hem den zadel op. De knecht stond op, luisterde zonder roeren tot de reek was uitgezegd, dan knikte hij instemmend, stak de pijp in den ondervestezak en vertrok. Odo ook veegde den
PREV.   NEXT  
|<   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108  
109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   >>  



Top keywords:
zonder
 

binnen

 
handen
 
ondervestezak
 

gewone

 

Moeder

 

walmkes

 

berookt

 

weifelende

 
leunstoel

tukkebollen

 

assche

 
meening
 
moffelen
 
pijpken
 

alleen

 
knappe
 
voortdoen
 

maaltijd

 

merkte


lastigen

 

uitscheiden

 

plaats

 

haalde

 

beraad

 
dankgebed
 
gestadig
 

gedaan

 

blauwe

 

gereed


hoeven
 
geduld
 

gewacht

 

instemmend

 
knikte
 
vertrok
 

veegde

 

uitgezegd

 

knecht

 
luisterde

roeren

 

schotels

 

achterhuis

 
wasschen
 

zolderribben

 
hangel
 

haakte

 

kloefen

 

aschfonteintje

 

uitsproeiend