den ronden poezeligen arm die over en weer
ging. Dan begon hij te dreelen op dezelfde plaats en hij greep met zijne
andere hand heuren arm die naast hem neerhing en hield de woorden in
waaraan hij bezig was om het meisje in de oogen te kijken. Ze monkelde
en greep ook met hare vingers en duwde hem ferm den arm. Dan liet hij
haar los. Hun dingen was gezeid zonder dat ze een woord gesproken
hadden. Hare oogen keken hem vragend aan en in haren blijden blik las
hij hare instemming: eene belofte met niets meer te breken. Dat voldeed
hem en gerustgesteld als na 't afhandelen eener zake, gingen zij
gezamenlijk bij den boer en bij Vinie en spraken nu in 't gemeene van
peerden, Odo schafte verder niet meer bijzonder op het meisje.
Vandaar gingen zij naar den veulenstal. Odo liet hen binnengaan en
gebaarde nog iets te bezien buiten en zonder ommekijken draaide hij
achter den muur en ging recht naar de keuken. Hij vond er Paula alleen,
de bleuzende met heur bruin golvend haar. Hij trad op haar toe en met
een plotse stoutmoedigheid, zonder aarzelen:
--Ge zijt mij de schoonste boerendochter van de wereld! en 'k kom u
vragen of ge wilt komen boerinne zijn op den Hoogen Doorn?
Ze waren er zoo alleen, zoo stil in het keukenhuis en zoo vrij; eer hij
't goed wist was hij zoo dichte genaderd en zijn arm duwde 't meisje om
de leden en hij trok haar hoofd tegen zijnen schouder.
--'t Is de eerste keer van mijn leven dat ik een meisje in de armen
krijge, vezelde hij,--dat was zoo gemeend en zoo openhertig en waar
gezegd, dat de dochter, die zich eerst wilde losworstelen, nu gerust
bleef en hem verwonderd aanstaarde, zonder verweer of poging te doen om
los te geraken.
--En g'en gaat bij alle duivels uit mijne handen niet eer ge mij
belooft....
Zijne armen praamden en zijne oogen dwongen om antwoord. Hij zag alleen
heur hoogblozend gelaat en heur oogen die nere doken om niet te moeten
ja zeggen. Dan draaide zij het hoofd weg en achter het venster zagen zij
Anna die naar de deure toekwam. Met een blik van overeenkomst lieten zij
malkander los en stonden kalm en lachend te midden den vloer.
--z'En krijgen niet gedaan met de peerden! merkte Anna.
--Laat hen maar doen, we zijn hier goed met ons drieen, merkte de kerel.
Nu begonnen ze ongedwongen te kouten over de vele bezoekers op 't
Meulenhof en Odo zocht hen beiden evenzeer te plagen en te doen lachen.
Hij was zelve voldaan over zijne geestigheden en omdat alles best naar
zijnen
|