Svaba, de Walkure, antwoordde hem:
--"Zes en veertig zwaarden zie ik in Zegehout staan. Maar een
daarvan is het beste van allen. Aan het gevest is een ring, moed in
de snede, op de spits schittert verschrikking, in het staal steekt
een bloeddrinkende draak. Het zwaard, dat met goud is beslagen, slaat
alle schilden stuk, en het trilt als de staart van een giftslang."
Toen reed Svaba heen. Helgi echter ging naar zijn vader Zwaardwacht,
en zeide:
--"Koning Zwaardwacht, gij zijt wel beroemd als aanvoerder van vele
legers, maar gij laat de vlammen vreten in het land van vorsten,
die u nooit iets hebben misdaan. Roodwolk regeert over de burchten,
die aan onze verwanten behoorden, en hij heerscht ongestoord over
het eigendom van de dooden."
Zwaardwacht antwoordde hem, dat hij hem een leger zou geven, als hij
er mede wilde uitrukken om den vader van zijn moeder te wreken.
Helgi zocht het zwaard, dat Svaba hem gewezen had, rukte met Atli uit,
velde Roodwolk neer en volbracht nog menige heldendaad.
Op een van zijn vele tochten versloeg Helgi ook den reus Haat, die
boven op een berg zat, aan den oever van de zee. Helgi en Atli legden
toen hunne schepen in de Haatfjord vast. Atli zou gedurende het eerste
gedeelte van den nacht de wacht betrekken, en terwijl hij op den hoogen
voorsteven van het grootste schip stond en uitzag, kwam Ringgerd,
de dochter van den gedooden reus, op de rotsen en sprak tot hem:
--"Welke helden zijn er in de Haatfjord gekomen? Schilden staan als
tenten op uw schip: gij schijnt dus geen vrees te kennen. Hoe heet
uw koning, en wie zijt gij?"
Atli antwoordde de heks:
--"Helgi heet de koning. Gij kunt zijn schip toch niet beschadigen,
want het is rondom met ijzer beslagen. Ik ben Atli. En ik haat alle
heksen, en vele malen heb ik, op den voorsteven staande, nachtspoken
vernietigd. Hoe heet gij, heks?"
De heks zeide hem:
--"Ringgerd heet ik, de dochter van Haat. Mijn vader heeft zich menige
bruid uit de burchten genomen, voor Helgi hem doodde. Want hij was
de machtigste onder de reuzen."
Atli wist, dat het haar plan was de schepen te vernietigen, als zij
er ongemerkt dichtbij kon komen, of wel, afwachtend onder het water,
ze om te werpen en zoo te doen zinken. Ringgerd, woedend, dat Atli
haar voornemen kende, riep uit:
--"Helgi, word wakker. Betaal boete voor den val van mijn vader. Laat
mij maar een nacht naast u slapen, dan zal uw wandaad wel gewroken
zijn."
Helgi werd wakk
|