belangrijkste, richt zich langs de vallei van de Samber
naar Charleroi, waar ze haar grootste ontwikkeling bereikt. Van hier loopen
de lagen ter breedte van nagenoeg twee mijlen naar Bergen, vervolgens over
de Fransche grens naar Dowaai. Ze hebben een uitgebreidheid van meer dan
90,000 Ha.
Het oostelijk bekken volgt de vallei der Maas, terwijl het voortdurend
wijder wordt tot voorbij de stad Luik. Van hier zet het zich voort door
Hollandsch Limburg naar de Roer, met een sedert 1901 ontdekte vertakking in
de Belgische Kempen. De lengte van het ontgonnen bekken is 13 mijlen,
waarvan 11 in de provincie Luik. De gansche oppervlakte schat men op 4,400
Ha. Het gansche kolendistrict in ons land bedraagt zoo wat het twintigste
van de oppervlakte van 't Rijk. 120,000 menschen vinden hun bestaan in den
kolenbergbouw, waarvan de voornaamste middelpunten zijn de _Borinage_, het
_Centrum_ in de omstreken van _Mariemont_ en _La Louviere_, dat van
_Charleroi_ en van _Luik_. De gezamenlijke opbrengst bedraagt jaarlijks
meer dan 200 millioen ton (1000 Kgr.), voor een waarde van ruim 2000
millioen frank. Belgie is tegenwoordig het vijfde kolenland der aarde. De
dikte der lagen evenals de diepte van dit kolenbekken is zeer verschillend:
sommige dalen tot 1000 M. beneden de oppervlakte.
In de nabijheid der kolenmijnen treft men gewoonlijk overvloedig ijzererts
aan, in de omstreken van Namen, Hoei en Luik, langsheen de oevers der
Maas, ook in de provincie Luksemburg. De geheele vallei van Samber en Maas,
tusschen Charleroi en Luik, is als bezaaid met hoogovens en ijzerfabrieken.
Zink- en looderts vindt men meestal in dezelfde streken, de grootste
hoeveelheid langs de oevers van de Vesder aan de Pruisische grens, in het
onzijdig gebied van _Moresnet_, de bekende _Vieille Montagne_ of
_Altenberg_[14].
XI. -- Het Hageland in het noord-westen van Brabant, vroeger een deel van
de onvruchtbare Kempen, omzoomd en besproeid door de Dijle, de Demer en de
groote Gete, tusschen de steden Diest en Aarschot, Tienen en Leuven, is
thans in een vruchtbare gouw herschapen met malsche weiden, mooie
boomgaarden en vruchtbare velden.
Belgische Vlakte
XII. -- De Kempen. -- Hoe geheel anders dan de vruchtbare bodem van
Middel-Belgie is het voorkomen der zandige vlakte der Kempen, die zich over
een groot deel der provincies Antwerpen en Limburg uitstrekt. Eens was deze
streek het bed van een groote zee, vandaar dat deze vloedgrond den stempel
draagt
|