lle waren, levensmiddelen, vee, meubels,
stoffen, kunstschatten en verdere roerende eigendommen, onder den naam van
_requisities_, brachten eene onbeschrijfelijke ellende teweeg, gevolgd
door hongersnood en ziekten. Ondertusschen moesten onze wanhopige
voorouders eene officieele feestvreugde aan den dag leggen bij het planten
der vrijheidsboomen en hunne Fransche driekleur uitsteken op den _decadi_,
die den afgeschaften Zondag was komen vervangen, evenals de katholieke
kerken herschapen waren in _tempels der Rede_; de kloosters en abdijen
waren opgeheven en hunne goederen verkocht. Zoo brak de "gesloten tijd"
(1797-98) aan, die gekenmerkt werd door allerlei hatelijke of kleingeestige
vervolgingen tegen de priesters, die in 't geheim de mis lazen en de
sacramenten bedienden en die zich daardoor aan deportatie naar Cayenne
blootstelden. De ruw ingevoerde militaire loting (_conscriptie_) deed den
beker overloopen en den wanhopigen _Boerenkrijg_ uitbreken (1798-1799), die
na heldhaftigen tegenstand in het bloed gesmoord werd. Geen tijdvak onzer
geschiedenis, buiten de bloedige dwingelandij van Alva, in de 16de eeuw,
kan met de laatste jaren der achttiende eeuw onder het Fransche
schrikbewind worden vergeleken.
Het consulaat van Napoleon Bonaparte bracht eenige verademing. De vrede met
Europa, de inwendige openbare rust en de oude katholieke godsdienst werden
hersteld. Doch Napoleon zette de keizerskroon op zijn hoofd (1804) en zijne
onverzadelijke eerzucht veranderde geheel Europa, van Spanje af tot aan
Rusland, in een groot oorlogsterrein. De conscriptie eischte overal
kanonnenvleesch. De dwingelandij van den meester kende geene palen meer. De
moedertaal, reeds brutaal aan kant gezet bij den eersten dag der Fransche
inlijving, werd onmeedoogend vervolgd en uitgeroeid tot in de dagbladen,
straatnamen, uithangborden, testamenten en kwijtschriften. Vertwijfeling en
haat tegen de Fransche overheersching waren de alom heerschende gevoelens
in ons diep gezonken vaderland.
In al die rampen had Noord-Nederland ook zijn aandeel gehad. Het verzwakte
en ingedommelde gemeenebest der Zeven Vereenigde Nederlanden was, door
inwendige twisten en onder Franschen invloed, uiteengevallen en tot
vassaalstaat van Frankrijk gezonken onder den naam van Bataafsche
Republiek (1795). Napoleon veranderde haar in een _Royaume de Hollande_ met
zijnen broeder Lodewijk als koning (1806), en, toen deze niet slaafsch
genoeg aan zijne ongehoordste eische
|