en Sluis en het verval van Brugge.
Damme. -- Geen rechtgeaard Nederlander bezoekt Brugge zonder zijn groet en
dank te brengen aan 't stille Damme, de vroegere voorhaven, waarmee het
door een zeekanaal verbonden werd, toen de golven zich voor goed
terugtrokken. Gedurende twee eeuwen was de welvaart van Damme ongehoord.
Thans is het een onbeduidend dorp met een alleenstaanden vierkanten
kerktoren en een vervallen raadhuis, en te midden van het plein het
standbeeld van _Jacob van Maerlant_, "den Vader der Dietscher Dichtre
algader", die reeds van in de XIIIe eeuw "den Nederlanders den weg der
vrijheid en der verlichting wees", de rechten zijner medemenschen
kloekmoedig verdedigde tegen de aanmatiging van adel en geestelijkheid.
Brugge (53,000 inw.). Niet zonder een gevoel van ontroering en weemoed
nadert een Vlaming het stille Brugge, tevens zoo belangrijk voor den
geschied- en oudheidkenner als voor den vriend der kunst. Geen stad heeft
zoo trouw haar middeleeuwsch karakter bewaard, en voortdurend streeft ze er
naar, om dit eigenaardige te behouden. Wat een weelde van hooge
torentransen, die uit alle deelen der stad zoo rustig en fier ten hemel
klimmen, van merkwaardige gebouwen met beeldhouwwerken, waaraan zoo menige
herinnering is verbonden! Wat een rij van schilderachtige hoekjes en
grachten met hun mooie omlijsting, die den blik bekoren en den geest
terugvoeren naar lang vervlogen tijden! Zie, bijna zonder het te weten,
staan we op de Groote Markt voor den Halletoren, die met zijn vorstelijke
stedekroon de trotsche macht der Vlaamsche gemeente zoo aanschouwelijk
uitdrukt, en dit juist tegenover een andere verpersoonlijking van
wilskracht en heldenmoed, van Breidel en De Coninc, de helden uit den
Gulden-Sporenslag, toonbeelden van vaderlandsliefde.
[Figuur: De Halletoren te Brugge]
[Figuur: Griffie, Stadhuis en H. Bloedkapel te Brugge]
Op het burchtplein bewonderen wij het stadhuis (1376) met de kapel van 't
H. Bloed; links de oude griffie in de zestiende-eeuwsche Renaissance; in
het justitiepaleis, de vermaarde schouw van "'t Vrije"[21], een wonder van
Renaissance-houtsnijkunst, uitgevoerd naar de teekening van _Lancelot
Blondeel_ (1529-1531). Gaat men de overdekte straat naast het raadhuis
door, dan heeft men langs de gracht niet alleen een verrukkelijk
gezichtspunt op het achtergedeelte van "den vrijen burcht"[22], maar op al
de omliggende gebouwen, op zoo menig schilderachtig plekje, gelijk men er
in Brug
|