FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163  
164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   >>   >|  
oorden uit de kerk gejaagd hebben, als hij niet geweten had dat we een aanbeveling van den aartsbisschop hadden. Ik trachtte zoo goed ik kon met vriendelijke woorden den toorn van den man tot bedaren te brengen. Ik zei dat mijn vriend Gratianus het niet zoo meende, maar dat hij zoo'n beetje gekscherenderwijze gesproken had, zooals hij dat wel meer deed. Tegelijk legde ik een paar schellingen neer, als een pleister op de wonde.--MENEDEMUS: Ik kan geen woorden genoeg vinden om je godsvrucht te prijzen. Maar als ik er zoo nu en dan eens ernstig over nadenk, dan vraag ik mij wel eens af, hoe de menschen 't met hun geweten kunnen overeenbrengen, wanneer ze zooveel schatten zoekbrengen met 't bouwen van kerken, met 't bovenmatig versieren en verrijken er van. Ik wil graag toegeven dat de kerk in haar plechtgewaden en haar vaatwerk bij den heiligen dienst een passende waardigheid moet ten toon spreiden. Ook moet het kerkgebouw een passende statigheid bezitten. Maar waarvoor zijn zooveel doopvonten, zooveel luchters, zooveel gouden beelden noodig? Waartoe die buitensporige kosten aan die zoogenaamde orgels? En dan zijn we daarmee nog niet eens tevreden. Waarom al dat muziek-getjingel dat met groote kosten moet betaald worden, terwijl intusschen onze broeders en zusters, die allen de levende kerk van Christus uitmaken, van honger en dorst verkwijnen?--OGYGIUS: Ieder vroom en verstandig mensch zal daaraan gaarne paal en perk gesteld zien. Maar omdat dit euvel voortvloeit uit een soort van vroomheid die geen maat kent, zou 't eenige aanmoediging verdienen, vooral wanneer men bedenkt dat er tegenwoordig sommige menschen zijn, die geheel tegenovergesteld van zin, de kerken van al haar schatten willen berooven. Die kostbaarheden worden doorgaans gegeven door machtige heeren en vorsten en dat is toch beter dan dat ze in spel of oorlog worden verkwist. En als men iets daarvan vervreemdt, dan wordt dit in de eerste plaats als heiligschennis beschouwd; verder openen zij die gewoon waren te geven, niet zoo licht meer de milde hand en worden bovendien gelokt om zelf ook te gaan rooven. Ten slotte zie ik liever een kerk die weelderig versierd is met rijke benoodigdheden voor den heiligen dienst, dan, zooals er sommige zijn, naakt en slordig, die meer hebben van paardenstallen dan van kerken.--MENEDEMUS: Ja, maar we hebben toch wel eens gelezen dat oudtijds bisschoppen hoog geprezen werden, die heilig vaatwerk overal heen verkochten, om met '
PREV.   NEXT  
|<   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163  
164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   >>   >|  



Top keywords:

worden

 

zooveel

 

kerken

 

hebben

 

menschen

 

heiligen

 

wanneer

 
dienst
 

kosten

 

sommige


geweten
 

MENEDEMUS

 

passende

 

vaatwerk

 
zooals
 
woorden
 

schatten

 

willen

 

berooven

 

verkwijnen


gegeven

 

doorgaans

 

kostbaarheden

 

OGYGIUS

 
tegenwoordig
 

vroomheid

 

machtige

 
gaarne
 

voortvloeit

 

gesteld


daaraan

 

mensch

 

geheel

 

tegenovergesteld

 

verstandig

 

bedenkt

 

eenige

 

aanmoediging

 
verdienen
 

vooral


plaats

 

versierd

 

benoodigdheden

 

weelderig

 

liever

 

rooven

 

slotte

 

slordig

 
paardenstallen
 

heilig