FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66  
67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   >>   >|  
tond de stand der boeren. Toen Oerman heengegaan was, en zijn weg had vervolgd, kwam hij aan een groote zaal. De deur stond naast den ingang, die gekeerd was naar de zon. Oerman ging naar binnen. Daar zaten een man en eene vrouw, die zich met spelen vermaakten. Vader, die de heer was van het huis, hield een boog in de hand, en spande de pees met een puntigen pijl. Moeder, de huisvrouw, streek de plooien van haar kleeding glad. Zij droeg een sluier op het hoofd, en kunstige sieraden om den hals, en zij had een blauw gewaad aan met langen sleep. Voorhoofd, borst en armen waren blanker dan de blinkende sneeuw. Oerman sprak met hen, gaf hun in vele dingen goeden raad, en spoedig werd het midden van de bank voor hem vrij gemaakt, waar beiden zich naast hem nederzetten. Toen dekte Moeder de tafel met een gebloemd linnen laken, en zette het beste gebak voor hen neer. Zilveren schalen met spek en gebraden vogels droeg zij binnen, en kostelijken wijn in waardevolle kannen. Zoo ging, pratend en drinkend, de dag ten einde, en Oerman gaf hun menigen raad, totdat hij opstond om te gaan slapen. Drie nachten bleven zij daar bij elkander. Toen ging Oerman weer heen, en vervolgde zijn reis. Na negen maanden kreeg Moeder een stevigen zoon. Men wiesch hem met water, wikkelde hem in zijden doeken en noemde hem Heer. Hij kreeg blonde haren en bloeiende wangen, en als slangenoogen blonk zijn blik. De knaap werd flink en sterk, leerde pijlen snijden, bogen buigen, het schild hanteeren, speren slingeren, paarden temmen, en oefende zich in zwaarden zwaaien en in zwemmen. Eens, dat Oerman wederkeerde uit het woud, gaf deze hem zijn naam, en noemde hem zoon. Hij raadde hem aan er opuit te rijden om aan zijn oude bezit nieuwe winsten te verbinden. Heer reed heen langs ongebaande paden en over besneeuwde bergen, totdat hij voor een burcht kwam. Hoog op zijn paard gezeten slingerde hij zijn speer, zwaaide zijn zwaard en zijn schitterende schild. Er ontstond een hevige strijd: de bosschen werden rood van bloed, de vijanden vielen, en heel het land werd overwonnen. Hij alleen was heerscher over achttien burchten, en schonk overvloedige schatten weg: kunstig gesmeede sieraden, edele paarden, geslingerde ringen van goud. Toen zond hij edelen uit, ver over de zee, naar den burcht, dien Herse zich bouwde, en hij beval hun, dat zij Erna, het slanke, mooie adelsmeisje, halen zouden. En Erna kwam, in linnen bruidsgewaad gekleed. Heer
PREV.   NEXT  
|<   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66  
67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   >>   >|  



Top keywords:

Oerman

 

Moeder

 

sieraden

 

burcht

 

paarden

 

schild

 
linnen
 

noemde

 
totdat
 

binnen


zwemmen

 
raadde
 
wederkeerde
 
boeren
 

heengegaan

 
rijden
 

ongebaande

 
besneeuwde
 

verbinden

 

zwaaien


nieuwe
 

winsten

 

temmen

 

slangenoogen

 

wangen

 

bloeiende

 

groote

 

vervolgd

 
blonde
 

speren


slingeren

 

bergen

 

oefende

 

hanteeren

 

buigen

 

leerde

 

pijlen

 

snijden

 
zwaarden
 
edelen

ringen
 

geslingerde

 
schatten
 
overvloedige
 

kunstig

 
gesmeede
 

zouden

 

bruidsgewaad

 

gekleed

 
adelsmeisje