tgestorven: zij telt niet meer dan eenige honderden
inwoners: het leven heeft zich geheel saamgetrokken in de twee havens.
Lussin-Piccolo, naar den naam te oordeelen de kleinste der beide
steden, is echter inderdaad de grootste; zij ligt aan den oever
eener ruime, goed gesloten baai, aan den voet van een tamelijk hoogen
berg. De ingang van de baai is zoo smal, dat wij eenmaal het anker
uitgeworpen hebbende, de straat, waardoor wij de baai zijn binnen
gevaren, niet meer terugvinden kunnen. Lussin-Piccolo is eene nijvere,
vooruitstrevende stad, waar energie en kloeke ondernemingszucht woont;
ook zij heeft haar muurgordel verbroken, en zich naar alle zijden
langs de berghellingen uitgebreid; nog voortdurend zet zij hare palen
uit, overal verrijzen nieuwe, witte, geheel moderne huizen. Zelfs de
voorsteden, waar zich de scheepstimmerwerven, haar rijkdom en haar
trots, bevinden, zijn allengs binnen den kring der wassende gemeente
opgenomen, zoodat men nu, midden in de stad, schepen op stapel kan
zien staan.
De bewoners van Lussine overtreffen al hunne buren in ijver, in
levendigheid, in verstand, in zuinigheid en overleg; zij hebben van
de gunstige omstandigheden uitnemend weten partij te trekken, en
als het getij verliep, de bakens verzet. Zij bouwen de vaartuigen,
die langs de geheele kust voor de kleine vaart gebruikt worden; ook
kan geen andere haven van Istrie of Dalmatie met deze wedijveren voor
den bouw van groote koopvaardijschepen. Tijdens mijn bezoek, wees
men mij op een der werven, het grootste schip dat tot dusver hier
gebouwd was. Er is als het ware een wedstrijd tusschen deze kleine,
energieke stad en de scheepstimmerwerven langs de kust. Te Gravosa, de
haven van Ragusa, was voor eenigen tijd een koopvaardijschip gebouwd,
dat als het grootste werd beschouwd, dat daar nog ooit van stapel was
geloopen. Eenige maanden later werd te Klein-Lussine de kiel gelegd van
een schip van nog meer tonneninhoud. Tijdens mijn verblijf stonden er
acht schepen op stapel. De zee dringt schier als eene wigge in de stad
door; overal zijn kaden; de gansche stad is een haven, en de geheele
haven is stad. De bewoners zijn tegenwoordig geen reeders meer, maar
houden zich hoofdzakelijk met scheepsbouw bezig; zij trekken dus al
het voordeel van hun arbeid, en zijn niet blootgesteld aan verliezen
door het vergaan van schepen. Gedurende den Krimoorlog hebben velen
hunner fortuin gemaakt, door ten behoeve der Franschen, Engelschen,
Piemo
|