Naar men zegt, slapen de negers bij voorkeur op dit
gedroogde koorts-mos.
Brashear is eene kolonie van negers, en een van de bolwerken der
zwarte Ligue. Met uitzondering van een twaalftal beambten bij de
verschillende stoombootdiensten en spoorwegen, zijn er geen blanken in
Brashear te vinden. Op den drempel van elke woning staat een neger;
in elke goot stoeien zwarte kinderen. Kroegen, biljardkamers en
loterijkantoren zijn opgevuld met negers, meest allen met de dikke
lippen, het wollige kroeshair, de breede aangezichten en de pikzwarte
huid hunner afrikaansche voorouders.
Een enkele blik in de straten en stegen van Brashear is voldoende
om u te overtuigen, dat, in tegenstelling met Texas, Louisiana een
land is, waar carpet-baggers en scalawags [3] alle kans hebben om
eene meerderheid van stemmen aan hun zijde te krijgen. Daar elke
neger rechtens burger, en elke burger kiezer is, kan niemand die
zwarte menigte verhinderen, zoo haar dit goeddunkt, zwarte wetgevers
te kiezen en een negerwetboek uit te vaardigen. Vereenigd, zijn zij
onweerstaanbaar, en kunnen zij alles doordrijven wat zij willen. Zij
kunnen een neger tot sheriff, een anderen neger tot rechter kiezen,
en langs wettigen weg in Amerika de bekende "gebruiken" invoeren van
Yam, Dahomey en Addai. Het afrikaansche brein is beperkt van begrip.
In Louisiana hebben de negers, bij de verkiezingen, ongetwijfeld
de meerderheid, al is die meerderheid ook niet groot. Zij willen
dan ook dat de meerderheid der leden in de Kamer uit negers besta,
en de regeering op op hun hand zij. Zij worden geholpen en gesteund
door federale troepen. Hun kandidaat William P. Kellogg is door den
President Grant erkend als gouverneur van Louisiana.--En toch, let
eens op den trein, die ons naar Nieuw-Orleans brengt! Volgens de wet
staat de neger geheel gelijk met den blanke; de spoorwegmaatschappij
past op hem hetzelfde tarief toe als op den blanke. Wordt hem nu
ook het meest eenvoudige recht vergund, en mag hij plaats nemen in
elken wagen, dien hij verkiest? Volstrekt niet. Een iersch matroos,
een amerikaansche marskramer mogen gaan zitten waar zij willen;
maar een man of vrouw van afrikaansch bloed niet alzoo. Zijn vriend,
de carpet-bagger, kan hem wel het stemrecht bezorgen, maar niet eene
plaats in den spoorwagen. Hier regeeren de dames. De dames nu zijn
allen conservatief, dat wil zeggen tegen de gelijkstelling der negers;
en in Amerika kan niets gedaan worden, zoodra de vrouwen
|