g wel gelijk....
ROeRLUND. En in een huis als dit ... in een goed en rein thuis, waar het
familieleven zich in zijn mooiste gestalte vertoont ... waar vrede en
eendracht wonen.... (_tegen mevrouw Bernick_) Waar luistert u naar,
mevrouw?
MEVR. BERNICK (_naar de eerste deur links gewend_). Wat praten ze hard
daar in de kamer.
ROeRLUND. Is er dan iets bizonders gaande?
MEVR. BERNICK. Ik weet 't niet. Maar ik hoor dat er iemand bij mijn man
is.
(_Hilmar Toennesen, met een sigaar in den mond, komt uit de deur rechts
... hij blijft staan als hij al die dames ziet_).
HILMAR. O, pardon.... (_wil zich terugtrekken_)
MEVR. BERNICK. Neen Hilmar, kom maar hier, je hindert ons niet. Wou je
iets?
HILMAR. Neen, ik kwam maar eens kijken. Goeden morgen, dames (_tegen
mevr. Bernick_). Nou, wat komt er nu van?
MEVR. BERNICK. Waarvan?
HILMAR. Wel, Bernick heeft immers een vergadering bij elkaar getrommeld.
MEVR. BERNICK. Zoo? Maar wat is er dan eigenlijk aan de hand?
HILMAR. Och, 't is dat gezanik weer over dien spoorweg.
MEVR. RUMMEL. Neen ... maar dat kan toch niet!
MEVR. BERNICK. Die arme Karsten, moet hij daar nu nog al meer
onaangenaamheden over hebben....
ROeRLUND. Maar hoe is dat mogelijk, mijnheer Toennesen? Consul Bernick
heeft toch verleden jaar zoo duidelijk te kennen gegeven dat hij geen
spoorweg wilde hebben.
HILMAR. Ja, dat dacht ik ook. Maar ik heb daar straks Krap ontmoet en
die vertelde dat die spoorweghistorie weer op het tapijt was gebracht,
en dat Bernick zou vergaderen met drie geldmannen uit de stad.
MEVR. RUMMEL. 't Wou mij ook al voorkomen of ik Rummel's stem zoo even
hoorde.
HILMAR. Ja, mijnheer Rummel is er natuurlijk ook bij, en dan Sandstad
van den Steenweg en Michel Vigeland ... de "Heilige Michael" zooals ze
hem noemen.
ROeRLUND. Hm....
HILMAR. Pardon, mijnheer Roerlund.
MEVR. BERNICK. En 't was hier nu juist zoo rustig en vredig.
HILMAR. Nou, wat dat betreft, ik heb er niets tegen dat ze weer eens een
beetje beginnen te bakkeleien. Dat is ten minste nog eens een afleiding.
ROeRLUND. Mij dunkt zulk soort van afleidingen kunnen wij wel missen.
HILMAR. Dat is een kwestie van temperament. Sommige naturen hebben nu en
dan eens een beetje opwekkenden strijd noodig. Maar zoo iets levert het
kleine stadsleven helaas maar weinig op, en niet iedereen is het
gegeven.... (_hij bladert in het boek van Roerlund_) "De vrouw als
dienstbare in de Maatschappij". Wat is da
|