FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124  
125   126   127   128   129   >>  
ei ze koel, ietwat uit de hoogte, de lippen nauwelijks bewegend, de wenkbrauwen gefronsd, de oogen strak ten gronde. Rozeke voelde plotseling den afstand tusschen haar en haar bescherm- vriendin die zij gekrenkt had en schudde droevig en beschaamd het hoofd. "Hij 'n mag toch mee zijnen odemebiel nie komen," zuchtte zij nog, om iets te zeggen, maar reeds overwonnen. "Heul de gebuurte zoe aan 't hekken kome kijken." Jonkvrouw Anna stond op. Zij vatte Rozeke's beide handen in de hare en drukte en knelde die met hartstochtelijke dankbaarheid. "Hij zal natuurlijk met zijn automobiel niet komen," glimlachte zij voor Rozeke's naive vrees. "Hij zal voor 't eerst komen, aanstaande woensdag, te voet, en heel gewoon gekleed, zoodat hij niet opvalt, tegen drie uur. Om kwart over drie of half vier zal _ik_ komen." "Och Hiere, volop in de kloaren dag!" riep Rozeke. "Anders kan ik niet. Voor donker moet ik natuurlijk weer op het kasteel zijn!--Waar is die kamer?" "Doar, mejonkvreiwe," zei Rozeke schor, naar een zijdeur wijzend. "Mag ik ne keer zien?" Rozeke duwde de deur open en beiden traden binnen. De kamer was ruim, ietwat kil, rood-betegelvloerd met een ronde biezen mat onder de ronde bruine tafel. Enkele stoelen en een groote bruine kast stonden langs de witgekalkte muren, waaraan schel-gekleurde chromo-platen hingen, onder glas, in vergulde, smalle lijsten. Een ivoren Christusbeeld prijkte op den schoorsteen, tusschen de twee vazen en het penduultje die Rozeke op haar huwelijksdag van de jonkvrouw cadeau-gekregen had. Witte gordijntjes hingen over de twee kleingeruite vensterraampjes en in een hoek stond het bed, half zichtbaar onder de plooien van het wit gordijn. Alles zag er frisch en zindelijk uit. "'t Is goed, zoo is 't heel goed," zei stil de jonkvrouw, met iets maagdelijk-schroomvalligs in haar houding, aarzelend om verder in de kamer door te dringen. "D'r zijn euk storsen aan de veisters die ge keunt loate zijnken," zei Rozeke. En zij liet een der grijze rolgordijnen neer. Toen ging ze naar het bed en trok het omhangsel heelemaal dicht, als iets dat zij afsloot. Jonkvrouw Anna was reeds in de woonkamer terug.... * * * * * X. Groot was Rozeke's kwelling al die dagen en vooral dien woensdag steeg haar angst ten top. Zij had er niets van aan Alfons durven vertellen; zij vreesde zijn gramschap en verwijten. Zij hoopte maar dat hij er, voor dien eersten ke
PREV.   NEXT  
|<   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124  
125   126   127   128   129   >>  



Top keywords:
Rozeke
 

natuurlijk

 

Jonkvrouw

 

jonkvrouw

 

hingen

 

bruine

 

woensdag

 

ietwat

 

tusschen

 
plooien

gordijn

 

zichtbaar

 

kleingeruite

 

vensterraampjes

 

waaraan

 

maagdelijk

 

schroomvalligs

 
witgekalkte
 
frisch
 
zindelijk

gordijntjes

 

smalle

 

lijsten

 

ivoren

 

vergulde

 

chromo

 

platen

 

bewegend

 
Christusbeeld
 

prijkte


houding
 
hoogte
 

cadeau

 
gekregen
 
lippen
 
huwelijksdag
 

schoorsteen

 

nauwelijks

 
penduultje
 
gekleurde

vooral
 

kwelling

 

afsloot

 
woonkamer
 
verwijten
 

hoopte

 

eersten

 

gramschap

 

vreesde

 

Alfons