FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58  
59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   >>   >|  
delicate aangelegenheid op je zijde zijn!" Lewin leunde achterover in zijn stoel, zijn gelaat was bleek geworden. "Ik zou je echter raden de zaak zoo spoedig mogelijk in orde te brengen," ging Oblonsky voort, terwijl hij Lewins glas weer vullen wilde. Deze verhinderde dit door het op zijde te schuiven. "Neen, dank je! ik kan niet meer drinken, ik zou dronken worden. En vertel me nu eens, wat gij op 't hart hebt, en wat ge tegenwoordig al zoo uitvoert," voegde hij er bij om het gesprek op een ander onderwerp te leiden. "Eerst dit nog: ik raad je in elk geval de zaak zoo spoedig mogelijk in het reine te brengen. Rijd er morgen vroeg heen en doe dan heel deftig je aanzoek, Gods zegen zij met je!" "Gij zoudt nog eens bij me komen jagen. Hoe denk je daar over tegen 't voorjaar?" Lewin betreurde het reeds van ganscher harte dit gesprek met Stipan te zijn begonnen. Zijn gevoel van eigenwaarde was gekrenkt door het bericht, dat een Petersburger officier zijn mededinger zou zijn en ook door de gissingen en raadgevingen van Oblonsky. Hij werd steeds stroever en zweeg. "Ja, ik zal eens komen!" sprak Stipan Arkadiewitsch. "Ja, broeder, de vrouwen zijn toch de spil, waar alles om draait. Met mij ziet het er ook slecht uit tegenwoordig, erg slecht. Dat komt ook al door de vrouwen! Zeg mij nu ook eens oprecht je oordeel, geef mij nu ook eens raad." Hij nam de sigaar uit den mond en bracht de hand aan het glas. "Waarin moet ik je raad geven?" "Hoor eens! Stel dat ge getrouwd waart, dat ge veel van je vrouw hieldt en je toch door een andere vrouw had laten meesleepen...." "Neem mij niet kwalijk, dat kan ik niet begrijpen, evenmin als dat ik, nu ik verzadigd ben, nog eens naar een bakkerswinkel zou gaan om een kalatsch [2] te stelen." Oblonsky's oogen glinsterden meer dan gewoonlijk. "Waarom niet? de kalatsch geurt somtijds toch zoo bizonder lekker, dat men wel eens niet zou kunnen nalaten.... Schoon is 't de natuur te dwingen Onder 's hemels strijdbanier; Maar mocht dit mij niet gelukken, 'k Heb dan toch een groot plezier." Lewin moest nu toch ook even glimlachen. "Ja, maar zonder gekheid," ging Oblonsky voort. "Denk eens door! Een arm, zachtzinnig, liefhebbend wezen, dat eenzaam en verlaten is en alles opgeofferd heeft! Nu het eenmaal gebeurd is, begrijp je, kan ik haar toch onmogelijk verlaten? Wij willen aannemen, dat men, om het huiselijk geluk niet te storen, moet scheiden, maar zou h
PREV.   NEXT  
|<   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58  
59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   >>   >|  



Top keywords:

Oblonsky

 

gesprek

 

kalatsch

 

Stipan

 

tegenwoordig

 

spoedig

 
brengen
 

mogelijk

 

vrouwen

 
slecht

verlaten

 

verzadigd

 

stelen

 

sigaar

 
evenmin
 

bakkerswinkel

 
meesleepen
 

andere

 

getrouwd

 

glinsterden


hieldt
 

Waarin

 

kwalijk

 

bracht

 

begrijpen

 
eenzaam
 

opgeofferd

 

liefhebbend

 

zachtzinnig

 

gekheid


eenmaal

 

gebeurd

 

huiselijk

 

storen

 

scheiden

 
aannemen
 

willen

 
begrijp
 

onmogelijk

 

zonder


glimlachen

 
nalaten
 

kunnen

 

Schoon

 

natuur

 

dwingen

 
lekker
 

Waarom

 
somtijds
 
bizonder