FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53  
54   55   56   57   58   59   60   >>  
en zich per rijtuig naar het sterfhuis lieten voeren, waar Sophie en Trees cognac zouden schenken: hij wilde niet terug naar vaders kamer. De koude lucht deed hem goed, verfrischte zijn zwoele gedachten. Drie dagen reeds liep hij rond met de zekerheid dat vader geen duit had nagelaten. Met Nieuwjaarsdag zegde Trees, dat ze niets gevonden had, ondanks heur lange zoeken en Sophie, zijn zuster, had schertsend gelachen toen hij naar geld vroeg. --"Waar zou vader de centjes vandaan gehaald hebben! Had ze hem niet moeten onderhouden sedert moeders dood?" Toch was Geerten niet heelemaal overtuigd. Eens toch had vader een bankje naar Jef, zijn petekind, gestuurd, en dan het hoefijzer! Aan die geluks-voorspelling klampte hij zich wanhopig vast, en in hem leefde soms lichtend op het voorgevoel, welhaast de noodige centjes voor een motorbootje te bezitten. Voor hij naar huis ging, wipte hij even bij Lowis binnen. Ze deed heel vriendelijk want ze behoefde zijne hulp om een mand champagnewijn aan boord van een Fransch schip te gaan afhalen. Heur frissche vleeschelijkheid kittelde hem plezierig, zijn onwil bezweek voor de lieftalligheid van haren blik en 't was laat in den namiddag eer hij vertrok, met de belofte 's nachts, na 't vervullen der opdracht, bij haar te komen. 't Donkerde toen Geerten thuis kwam. In de kamer waarin somber hing de duisterte van den nakenden nacht stapte hij een oogenblik heen en weer. De geruchten der plaats: het scherpe zware blaffen van een hond, het kermend schreien van een zuigeling of 't rauwe hoorn-toeten van den dagbladventer drongen dof tot hem door ... Traag begon hij zich uit te kleeden, wierp jas en broek wanordelijk-slordig over een stoelleuning, fluitend een straatdeuntje, trok zijn weeksche kleeren weer aan en zette zijn verkleurde pet, met het bengelend kwastje op de ver-vooruitstekende klep, op zijn ruigen kop. Dan eerst stak hij de smerig-besmeurde olielamp op, die in 't trieste vertrek zijpelen liet heur gele klaarte, onheimlijk-begloorend, de manke meubels en de vuile tafel waarop nog glommen bruine koffieplasjes naast ongewasschen wit-blinkende kopjes van 's morgens. Een nog onaangesneden brood lag nevens een droge korst ... Geerten grommelde, schonk zich een bakje koude koffie in, beproefde de korst te breken, smeet ze dan kwaad op de teil terug; en het versche brood vattend, maakte hij er met de mespunt machinaal een kruis op, sneed zich een dikke homp. Koffie-slokkend verd
PREV.   NEXT  
|<   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53  
54   55   56   57   58   59   60   >>  



Top keywords:

Geerten

 

Sophie

 

centjes

 
verkleurde
 
kleeden
 

fluitend

 
slordig
 

kleeren

 

weeksche

 

straatdeuntje


wanordelijk
 

stoelleuning

 

schreien

 

stapte

 

oogenblik

 
plaats
 

geruchten

 

nakenden

 

duisterte

 
waarin

somber

 
scherpe
 

toeten

 

dagbladventer

 

drongen

 

blaffen

 

kermend

 
bengelend
 

zuigeling

 

vertrek


schonk

 

koffie

 

beproefde

 

breken

 

grommelde

 

morgens

 

kopjes

 

onaangesneden

 

nevens

 

Koffie


slokkend

 

machinaal

 

vattend

 

versche

 

maakte

 

mespunt

 
blinkende
 

besmeurde

 

smerig

 

olielamp