bootje had laten bekijken ... Kant en klaar was
het, alleen moest het nog wit-geschilderd worden en van rood-fluweelen
zitbankjes voorzien ... Heel helder zag hij de ranke slanke lijnen van
den scherpen boeg, en de fijne buiging van de flink-stevige kiel, waar,
heel van achter, het kleine drie-bladige schroefje aangebracht was. Nog
een week geduld en 't bootje zou door 't Scheldewater klieven ...
Peinzend en zinnend beende hij, door oude gewoonte gedreven, langs de
straat, waarin de Plezante bazin woonde. Voor het huis was het zwart van
bijeengedromd volk ... Nieuwsgierig naderde Geerten ... Hij hoorde 't door
elkander roepen van twee hoog-schelle vrouwenstemmen, opjoepend boven 't
gelach der omstanders ... Hij herkende de taal van rosse Lowis, was een
oogenblik ontroerd, naderde toch om te zien.
De plezante bazin, schoor-staande op beide uitgespreide beenen, de armen
wijd-open, versperde met heur zware gestalte de heele deuropening ...
--"En ge zult er niet binnen," krijschte zij, uitdagend ...
--"Smerige rosse hoer"!!...
In de pletsende klaarte der hel verlichte vitrine stond Fientje. Snel
vingerde ze in heur kapsel, dat slierend losgolfde op haren rug, greep
een paar haarspelden, en heesch-vloekend, wipte ze op Lowis af, poogde
haar 't aangezicht van-een te krabben.
De rosse schoot naar heur aanvalster toe, greep ze bij de hangende
haren, trok er-mee, woest sleurend dat het meisje van pijn gilde. Met
brusken armzwaai klauwde Fientje de bazin door 't van inspanning
hoog-paarse gelaat, dat het bloed langs heur kaken biggelde ... "Daar
leelijke smots!" ... "Allemansgerief" ... Lowis wilde de tierende vrouw
omklemmen, doch zij verweerde zich dapper, greep de bazin in 't roode
haar, dat de dikke vlechten uit-een vielen, trok met een sprong de mooie
valsche krullen af, smeet ze op den grond, tot groote jool der gapers ...
--"Wat is hier te doen, baaske?" vroeg een juffrouwtje aan Geerten ...
--"Twee wijven die vechten" ...
--"Waarom?"
Zonder antwoord te geven, bang de aandacht te trekken, nu vooral wijl
hij Fransken uit het portaal der herberg springen zag om de twee
worstelende harpijen te scheiden en partij voor Lowis te kiezen, trok
Geerten voorzichtig af ...
* * * * *
Weldra was het overal bekend dat Basse een moteurbootje in de maak had
en er eerstdaags mee op de Schelde verschijnen zou. Dit nieuwsje
verwekte onder de bootjesroeiers een opschudding van belang, vo
|